Psalmen merg van alle christelijk bidden.
Het psalmboek is een boek vol poëzie. Poëzie over
en voor het leven van het volk Israël zowel collectief
als individueel. De lach en de traan komen aan bod, de hoop
en de wanhoop, blijdschap en verdriet; alle gevoelens en emoties
die de gemeenschap en de mens persoonlijk kent.
Een groot aantal psalmen wordt toegeschreven aan David. Zo
is er een oud rabbijnsverhaal dat vertelt dat er boven Davids
bed een harp hing. Als 's nachts de wind deze aanraakte begonnen
de snaren te trillen. Hierdoor werd David wakker en begon
hij zijn psalmen te dichten tot het aanbreken van de dag.
En zo zou het boek van de psalmen de muziek van het hart van
de mens aangeraakt door de hand van zijn/ haar Maker bevatten.
De Hebreeuwse bijbel kan onderverdeeld worden in de Wet (Torah),
de Profeten (Neviiem) en de Geschriften (Ketoevim). Je zou
die als volgt kunnen kenmerken: Gods woord voor de mensen,
de uitwerking in het leven van het volk, en de toepassing
in het leven van mensen.
Het boek van de psalmen is in de Hebreeuwse bijbel het eerst
boek van de geschriften. Het bestaat uit 5 delen net zoals
de Torah. De Torah is het hart van het Joodse geloof. De Torah
wordt gevormd door de boeken Genesis, Exodus, Leviticus, Numeri
en Deuteronomium. Elk deel van de psalmen wordt afgesloten
met een lofprijzing. De delen zijn ps 1-41, 42-72, 73-89,
90-106, 107-150.
Dat de psalmen alle gevoelens van de gemeenschap en de mens
persoonlijk vertolken zien we aan de soorten psalmen die er
zijn: lofliederen, klaagliederen, bedevaartliederen, dankliederen,
koningsliederen en wijsheidsliederen.
Door de eeuwen heen in de tijd van de bijbel en daarna hebben
de psalmen een enorme rol gespeeld. Ook in het leven van Jezus
speelde de psalmen een grote rol, als gelovig Jood kende hij
de psalmen en speelde zij een rol in zijn leven. In de evangelieën
lezen we hoe Jezus psalmen met zijn eigen leven verbindt.
Een psalm die Jezus aanhaalt en die in drie evangelieën
voorkomt is psalm 110. In Matteüs, Marcus en Lucas stelt
Jezus de vraag wiens zoon de Christus is. De schriftgeleerden
antwoorden: Davids zoon. Maar Jezus antwoordt dan hoe kan
hij Davids zoon zijn als David zegt: De Here heeft gezegd
tot mijn Here:"Zet u aan mijn rechterhand, totdat Ik
uw vijanden gelegd heb als een voetbank voor uw voeten. Psalm
110:1. Dit psalmvers wordt ook aangehaald in een aantal brieven
en in het boek Handelingen. (Handelingen 2: 34,35, 1Cor. 15:25,
Hebr. 2:13.) Bij de intocht in Jeruzalem riepen de mensen
psalm 118: 25 en 26:"Gezegend hij die komt in de naam
des Heren; wij zegenen u uit het huis des Heren." De
verzen 22 en 23 uit deze psalm nl.: "de steen die de
bouwlieden versmaad hebben, is tot een hoeksteen geworden",
wordt ook door Jezus geciteerd als slaande op Hem. Rond het
lijden en sterven van Jezus spelen de psalmen een grote rol.
Een psalm die in alle vier de evangeliën een rol speelt
is psalm 22. De aanvangswoorden : "Mijn God,mijn God
waarom hebt Gij mij verlaten", zijn overbekend. Misschien
ook wel omdat dit heel menselijke woorden zijn. Maar Jezus
zal denk ik ook aan de rest van de psalm gedacht hebben. De
psalm eindigt met vertrouwen op God.
Nog een indrukwekkend citaat uit een psalm door Jezus uitgesproken
bij zijn sterven en door de eeuwen heen in zijn navolging
nog vaak en ook nu nog is psalm 31:6: "In uw handen beveel
ik mijn geest."
Na zijn opstanding lezen we in Lucas 24:44 dat Jezus de al
eeuwenoude psalmen een nieuwe dimensie geeft. Door de psalmen
te zien in het licht van Jezus' leven, dood en opstanding
krijgen ze een extra dimensie. Vanaf het begin van de Christengemeente
zijn daarom de psalmen merg van het bidden geworden. Toch
speelden de psalmen niet altijd een even grote rol in het
leven van de christenen. De tijd waarin de christenen leefden
speelde daarbij een grote rol. Met name in tijden van vervolging
waarin de woorden van sommige psalmen direct aansloten bij
wat de christenen meemaakten ervoeren ze een enorme steun
van de psalmen.
In de vroege christengemeente, die vervolgd werd en dus in
het geheim bij elkaar kwam, werd psalm 73 de morgenpsalm en
psalm 141 de avondpsalm. In beide psalmen klinkt door het
gevoel van bedreigdheid en het geloof dat God helpt.
In de loop van de geschiedenis zijn de psalmen vele bekende
en onbekende gelovigen tot steun of inspiratie geweest. Ook
hebben psalmen of delen van psalmen mensen aangezet hun leven
te veranderen. De christelijke cultuur hier in West Europa
is zeer beinvloed door de regel van Benedictus. Benedictus
wordt ook wel de vader van het christendom in het westen genoemd.
In deze regel spelen de psalmen een belangrijke rol. In de
kloosters worden de psalmen nu nog iedere dag gezongen. Een
sleutelrol in de regel van Benedictus, die nog steeds gebruikt
wordt door benedictijner kloosterlingen, spelen de verzen
12-15 van psalm 34.
Komt kinderen, luister naar mij, ik zal u de vreze des Heren
leren.
Wie is de mens die het leven begeert, vele dagen wenst om
het goede te genieten?
Bewaar uw tong voor het kwade en uw lippen voor bedrog;
wijk van het kwade en doe het goede, zoek de vrede en jaag
die na.
Wanneer een kloosterling of een oblaat zijn gelofte aflegt
zingt hij of zij een vers. In dit vers hoor je de psalmen.
In Egmond wordt gezongen: "Neem ons Heer zoals wij hier
nu zijn, sla uw leven als een mantel van licht om ons heen.
Verlaat ons nooit en doe met ons zoals Uw hart U ingeeft."
In deze woorden klinkt psalm 27:9-10 en de mantel van licht
komt voor in psalm 104.
Aan Calvijn valt de eer te beurt om de eerste te zijn die
een gedrukte berijming van de psalmen uitgaf, d.w.z. een psalmboek
waaruit de psalmen strofegewijs gezongen konden worden. In
de loop der eeuwen werden de psalmen veelvuldig bewerkt om
gezongen te worden. Van enkele psalmen heb ik een voorbeeld.
Ook hingen mensen psalmteksten aan de muur. Lange tijd waren
de psalmen de belangrijkste liederen in de kerk. Zoals we
al aan het begin zagen werden en worden de psalmen nu ook
bewerkt tot liederen. Mensen werden en worden geinspireerd
door de psalmen. Daarom zullen de psalmen ook altijd bron
van liederen en gedichten zijn. En zal men omwille van de
verstaanbaarheid de taal van de psalmen blijven aanpassen
aan de tijd.
Psalmen kunnen hoop geven aan mensen in wanhoop b.v. ps 42.
Psalm 88 is een psalm waarin de wanhoop van een mens tot uiting
komt en waarin Gods afwezigheid verwoord wordt. Dit gevoel
is o zo menselijk. Wie ervaart dat niet op sommige momenten
in zijn leven. Maar ook de andere kant van het leven komt
aan bod. De vreugde om Gods schepping b.v. ps 8, of dankbaarheid
ps 136. ook het weten van door God gekend te zijn ps 139.
Psalm 145 tot 150 zijn allemaal lofliederen. Psalm 119 gaat
over de wijsheid van de wet.
Veel mensen hebben een psalm(woord) die(dat) met hen meegaat.
Misschien zijn het wel meerdere. In de regel van Benedictus
staat ook een regel over het gebruik van psalmen:
Verrichten wij ons psalmgezang zó, dat ons hart in
harmonie is met onze stem.
Enige onberijmde en berijmde en bewerkingen van psalm 8
Psalm 8 Oude vertaling
1 Een psalm van David, voor den opperzangmeester, op de gittith.
2 O Heere, onze Heere, hoe heerlijk is uw naam op de gansche
aarde: Gij, die uwe majesteit gesteld hebt boven de hemelen!
3 Uit den monde der kinderkens en der zuigelingen hebt Gij
sterkte gegrondvest, om uwer tegenpartijen wil, om den vijand
en wraakgierige te doen ophouden. (Matth. 21:16) 4 Als ik
uwen hemel aanzie, het werk uwer vingeren, de maan en de sterren
die Gij bereid hebt - 5 wat is de mensch dat Gij zijner gedenkt,
en de zoon des menschen dat Gij hem bezoekt (Job 7:17, Ps
144:3, Hebr. 2:6) 6 en hebt hem een weinig minder gemaakt
dan de Engelen, en hebt hem met eer en heerlijkheid gekroond!
(Hebr 2:6) 7 Gij doet hem heerschen over de werken uwer handen,
Gij hebt alles onder zijne voeten gezet: (Gen 1:28 1Cor 15:27
Efez 1:22) 8 schapen en ossen, allen die, ook mede de dieren
des velds; 9 het gevogelte des hemels en de visschen der zee:
hetgeen de paden der zeeën doorwandelt. 10 O Heere, onze
Heere, hoe heerlijk is uw naam op de gansche aarde!
Psalm 8 NBG 1951:
O Here, onze Here, hoe heerlijk is uw naam op de ganse aarde,
Gij, die uw majesteit toont aan den hemel.
Uit den mond van kinderen en zuigelingen hebt Gij sterkte
gegrondvest,uw tegenstanders ten spijt, om vijand en wraakgierige
te doen verstommen.
Aanschouw ik uw hemel, het werk van uw vingers, de maan en
de sterren, die gij bereid hebt: wat is de mens, dat Gij zijner
gedenkt, en het mensenkind, dat Gij naar hem omziet?
Toch hebt gij hem bijna goddelijk gemaakt, en hem met heerlijkheiden
luister gekroond.
Gij doet hem heersen over de werken uwer handen, alleshebt
Gij onder zijn voeten gelegd: schapen en runderen altegader
en ook de dieren des velds, de vogelen des hemels en de vissen
der zee, hetgeen de paden der zeeën doorkruist.
O here,onze here, hoe heerlijk is uw naam op de ganse aarde.
Psalm 8 Groot Nieuws Bijbel:
Heer, onze heer, hoe groot is uw naam overal op aarde.
U die aan de hemel uw luister spreidt, voor u is de stem van
kinderen, van de allerkleinsten, het bolwerk waaarmee u vijanden
stuit, het wapen waarmee u hen doet zwijgen, aan wraakzucht
een einde maakt.
Als ik naar de hemel kijk, het werk van uw vingers, naar de
maan en de sterren, door u daar vastgezet, dan denk ik:
Wat is toch de mens dat u om hem geeft, wat betekent hij dat
u voor hem zorgt? U hebt hem weinig minder dan een god gemaakt,
hem met glorie en eer gekroond. U laat hem heersen over alles
wat u gemaakt hebt, alles hebt u aan zijn voeten gelegd: de
schapen en de runderen, de wilde dieren op het land, de vogels
in de lucht en de vissen in de zee, alles wat zich een weg
zoekt dooor het water.
Heer, onze Heer, hoe groot is uw naam overal op aarde.
Psalm 8 Woord voor woord kinderbijbel van Deurloo en Eykman:
Heer onze Heer. Hoe prachtig klinkt uw naam uit alles op
aarde.
U bent oneindig machtig en hoog verheven. Maar als ergens
een klein kind stamelt, hoort u dat. U hebt daar meer aan
dan aan het geschreeuw van vijandige mensen. Die kunnen hun
mond wel houden. Als ik kijk naar de hemel, al die miljoenen
sterren en de maan, allemaal uw werk, dan is het om duizelig
van te worden. Hoe is het mogelijk dat u aandacht hebt voor
een klein nietig mensje zoals ik? En toch vindt u de mens
iets geweldigs. U gelooft dat hij kan zorgen voor de aarde.
Alles ligt voor de mensen klaar om ervoor te zorgen en om
ermee te werken. Alle schapen, alle koeien, alle dieren in
het gras. Alle vogels in de lucht. Alle vissen in het water,die
zwemmen langs de wegen van de zee. Alles is er. Heer onze
Heer. Hoe prachtig klinkt uw naam uit alles op aarde.
Bewerking van psalm 8 van Hans Bouma:
O God, hoe hemels golft uw naam over de aarde, majesteitelijk
zijt Gij,
kinderen steken U zingend in de hoogte, uw vijanden zijn sprakeloos.
Groot zijt Gij, zo groot dat Gij uw eer stelt in de grootheid
van uw mensen, zo klein als ze zijn zo grandioos zijn ze ook,
ware vorsten.
Machtig zijt Gij, zo machtig dat Gij hen bekleedt met macht
over alles wat adem heeft,
God zijt Gij, zo royaal God dat Gij hen bijna goddelijk maakt.
God, onze God, hoe hemels golft uw naam over de aarde.
Psalm 8 (Gerhardt/Van der Zeyde)
2 Heer, onze God, hoe vol macht is uw naam
wijd en zijd op de aarde.
gelijk Gij doet verschijnen uw majesteit
hoog aan de hemel,
3 uit de monde der kleinen, de kreet van het kind
uw vermogen bevestigt,
dat uw tegenstanders het weten,
dat vijand en verstoorder moet zwijgen.
4 Als uw hemel ik zie - uwer vingeren werk,
maan en sterren die Gij daar stelde
5 wat is dan de mens dat Gij acht op hem slaat,
het mensenkind dat Gij hem aanziet?
6 En nochtans gaaft Ge hem een haast goddelijke staat;
met waardigheid hebt Gij, met schoonheid gekroond
7 die Gij heerser maakt over het werk uwer handen.
Want alles hebt Gij aan zijn voeten gelegd:
8 de schapen, het hoornvee bijeen
en de andere, de dieren des velds,
9 de vogelen des hemels, de vissen der zee: wat de banen der
zee doorkruist.
10 Heer, onze God, hoe vol macht is uw naam wijd en zijd op
de aarde.
Psalm 8 nieuwe berijming
1 HEER, onze Heer, hoe heerlijk en verheven / hebt Gij uw
naam op aarde uitgeschreven - / machtige God, Gij die uw majesteit
/ ten hemel over ons hebt uitgebreid.
2 Wel doet de hemel hoog uw glorie blinken, / maar in de
mond van kindren doet Gij klinken / uw machtig heil, zo maakt
G'uw vijand stil / en doet uw haters buigen voor uw wil.
3 Aanschouw ik 's nachts het kunstwerk van uw handen, / de
maan, de duizend sterren die daar branden, / wat is de mens,
dat Gij aan hem gedenkt, / het mensen-kind, dat Gij hem aandacht
schenkt ?
4 Gij hebt hem bijna goddelijk verheven,
een kroon van eer en heerlijkheid gegeven,
Gij doet hem heersen over zee en land,
ja, al uw werken gaaft Gij in zijn hand.
5 Al wat er land of water heeft tot woning,
het moet de mens erkennen als zijn koning:
vogels en wild en al 't geduldig vee
en wat er wemelt in de wijde zee.
6 HEER, onze Heer, hoe heerlijk en verheven / hebt Gij uw
naam op aarde uitgeschreven. / Heer, onze God, hoe vol van
majesteit /hebt Gij uw naam op aarde uitgebreid.
Psalm 8 Oude berijming (1773)
1Heer, onze Heer, grootmagtig Opperwezen! / Hoe wordt uw
naam op aard alom geprezen! / Gij, die den glans van uwe majesteit
/ Hebt boven lucht en heemlen uitgebreid.
2 Uw mogendheid heeft sterkte willen gronden / Uit kindren,
ja uit zuigelingen monden; / Zoo breekt uw hand des vijands
boos geweld, / Daar Gij zijn haat en wraakzucht palen stelt.
3 Sla ik naar 't ruim der heldre hemelbogen,
Dat heerlijk werk van uwe vingren, d' oogen; / Zie ik bedaard
den glans der zilvren maan, / En 't starrenheir, door U geschapen,
aan;
4 Mijn God! wat is de mensch dan op deez' aarde! / De brooze
mensch! hoe klimt hij tot die waarde, / Dat Gij aan hem in
zooveel gunst gedenkt, / En 's menschen zoon uw teerste liefde
schenkt.
5 Gij deedt hem wel, een weinig tijds, beneden / Het englenheir
een rang en plaats bekleeden; / Maar hebt hem ook uw rijkste
gunst betoond, / En hem met eer en heerlijkheid gekroond.
6 Gij geeft hem, wijd en zijd in alle landen,
De heerschappij der werken uwer handen,
Ja zet en aard en zee voor 's menschen zoon, / Door uw gezag,
ter voetbank van zijn troon.
7 Waar schapen zijn, of ossen in de weiden;
Waar eenig vee op bergen of op heiden; / Waar 't wild gediert
ook zwerv' in woud en veld; / Gij hebt het al in zijne magt
gesteld.
8 Wat vooglen door den ruimen luchtkring zweven, / Wat visschen
er in stroom en beken leven, / En wat de paan doorwandelt
van de zee; / Zijn hoog bevel deelt hij aan allen mee.
9 Heer, onze Heer, grootmagtig Opperwezen! / Hoe billijk
wordt uw groote naam geprezen! / Hoe heerlijk rolt, uit aller
vromen mond, / Die groote naam door 't gansche wereldrond!
Bewerking van Psalm 8
Gez. 480 (Jan Wit)
1 Gij hebt, o Vader van het leven,
de aarde aan de mens gegeven,
het land, de zee is zijn domein.
Gij hebt hem aan het woord doen komen
om tussen werklijkheid en dromen
getuige van uw Geest te zijn.
2 Uw wijsheid en uw welbehagen
bepalen 's mensen levensdagen
en wijzen hem zijn woonplaats aan.
Hij is ten prooi aan duizend vrezen,
toch mag hij vrij en veilig wezen
en heersen over het bestaan.
3 Hij overmant de wilde dieren,
vaart uit op zeeën en rivieren,
doorzoekt der aarde donkre schoot.
Ja, hij snelt voort op hoge winden
om de allerlaatste grens te vinden.
Zo vindt hij onverhoeds de dood.
4 Door een geheimenis omsloten,
door alle dingen uitgestoten,
gaat hij op alle dingen in.
Alleen uw woord geeft aan zijn falen,
zijn rustloos zoeken en verdwalen
een onuitsprekelijke zin.
5 O God, wij bouwen als ontheemden,
wij wonen en wij blijven vreemden,
bestemd voor hoger burgerrecht.
Wil ons, o Koning der getijden,
een woning in de stad bereiden
waar Gij het fundament van legt.
Versie van Psalm 8 voor de kinderen (Hanna Lam II,1)
1 Wanneer ik naar uw hemel kijk,
wat voel ik mij dan klein!
Wanneer de gouden maan daar prijkt,
overal sterren zijn,
dan weet ik Heer,
zij allen gaan de door U aangewezen baan.
De hemel, Heer, prijst wijd en zijd,
uw naam en majesteit.
2 Wanneer ik naar uw hemel kijk,
wat voel ik mij dan klein!
Maar U zegt dat ik op U lijk,
mijn Vader wilt U zijn.
O Heer, wat is een mensenkind
dat U hem zo geweldig vindt,
en dat U steeds weer naar hem vraagt,
en hem op handen draagt.
3 Wanneer ik naar uw hemel kijk,
wat voel ik mij dan klein!
Maar heel de aarde is mijn rijk,
hier mag ik koning zijn,
over de vogels en het vee
en alle vissen in de zee.
De aarde, Heer, prijst wijd en zijd,
uw naam en majesteit.
Orde morgengebed
Stilte
Openingsvers: Heer open mijn lippen
(gezongen) EN MIJN MOND VERKONDIGT UW LOF
Haast U, o Heer tot mijn hulp
EN WEES TOT MIJN REDDING GEREED
Klein-gloria Eer zij de heerlijkheid Gods
(gezongen) VADER, ZOON EN HEILIGE GEEST
zoals het was in het begin en nu en altijd
EN IN DE EEUWEN DER EEUWEN. AMEN
HALLELUJA. (niet in de 40-dagentijd)
Vers in beurtspraak/zang horend bij de tijd van het jaar
Hymne/morgenlied
Psalm(en) met antifonen
Korte inleiding op de lezing
Lezing
Stilte en/of andere vorm van meditatie
Canticum met antifoon horend bij de weekdag
Gebeden Gebedsoproep
Heer, ontferm U, Christus ontferm U, Heer ontferm U
of: Kyrie eleison, Christe Eleison, Kyrie Eleison
(gezongen of in beurtspraak)
(van onderstaande, deze of andere volgorde of keuze hieruit)
Onze Vader
Responses/Litanie (gezongen of in beurtspraak)
Voorbeden
Stil gebed
Gebed van de dag
Morgengebed
Zegenbede (gezongen) De heer schenke ons zijn zegen
Hij beware ons voor onheil
en geleide ons tot eeuwig leven.
AMEN
Acclamatie Wij loven de Heer
(gezongen) WIJ DANKEN GOD
Orde middaggebed/Gebed overdag
Stilte
Openingsvers Heer, open mijn lippen
(gezongen) EN MIJN MOND VERKONDIGT UW LOF
Haast U, o Heer tot mijn hulp
EN WEES TOT MIJN REDDING GEREED
Klein-gloria Eer zij de heerlijkheid Gods
(gezongen) VADER, ZOON EN HEILIGE GEEST
zoals het was in het begin en nu en altijd
EN IN DE EEUWEN DER EEUWEN. AMEN
HALLELUJA. (niet in de 40-dagentijd)
Hymne/Lied
Psalmen
Lezing
Stilte en/of andere vorm van meditatie
Gebeden Gebedsoproep
Heer, ontferm U, Christus ontferm U, Heer ontferm U
of: Kyrie eleison, Christe Eleison, Kyrie Eleison
(gezongen of in beurtspraak)
(van onderstaande, deze of andere volgorde of keuze hieruit)
Onze Vader
Voorbeden
Stil gebed
Gebed van de dag
Zegenbede (gezongen) De heer schenke ons zijn zegen
Hij beware ons voor onheil
en geleide ons tot eeuwig leven.
AMEN
Acclamatie Wij loven de Heer
(gezongen) WIJ DANKEN GOD
Orde Vesper
Stilte
Openingsvers: Heer open mijn lippen
(gezongen) EN MIJN MOND VERKONDIGT UW LOF
Haast U, o Heer tot mijn hulp
EN WEES TOT MIJN REDDING GEREED
Klein-gloria Eer zij de heerlijkheid Gods
(gezongen) VADER, ZOON EN HEILIGE GEEST
zoals het was in het begin en nu en altijd
EN IN DE EEUWEN DER EEUWEN. AMEN
HALLELUJA. (niet in de 40-dagentijd)
Vers in beurtspraak/zang horend bij de tijd van het jaar
Hymne/avondlied
Psalm(en) met antifonen
Korte inleiding op de lezing
Lezing
Stilte en/of andere vorm van meditatie
Canticum met antifoon horend bij de weekdag
Gebeden Gebedsoproep
Heer, ontferm U, Christus ontferm U, Heer ontferm U
of: Kyrie eleison, Christe Eleison, Kyrie Eleison
(gezongen of in beurtspraak)
(van onderstaande, deze of andere volgorde of keuze hieruit)
Onze Vader
Responses/Litanie (gezongen of in beurtspraak)
Voorbeden
Stil gebed
Gebed van de dag
Avondgebed
Zegenbede (gezongen) De heer schenke ons zijn zegen
Hij beware ons voor onheil
en geleide ons tot eeuwig leven.
AMEN
Acclamatie Wij loven de Heer
(gezongen) WIJ DANKEN GOD
Indien de Vesper later op de avond wordt gevierd en men kiest
niet voor de viering van de Completen, kies dan voor één
of meer van de avondpsalmen en vervang Magnificat door Nunc
dimittis.
Orde Completen
Stilte
Openingsvers: Haast U, o Heer tot mijn hulp
(gezongen) EN WEES TOT MIJN REDDING GEREED
Klein-gloria Eer zij de heerlijkheid Gods
(gezongen) VADER, ZOON EN HEILIGE GEEST
zoals het was in het begin en nu en altijd
EN IN DE EEUWEN DER EEUWEN. AMEN
HALLELUJA. (niet in de 40-dagentijd)
(Boete ritus)
(avondlied)
Psalm(en) Psalm 4; Psalm 31:1-6; Psalm 91; Psalm 134
Korte inleiding op de lezing
Lezing
Gij zijt in ons midden, Heer, wij dragen uw Naam, wij behoren
U toe. Laat ons niet alleen, Heer onze God. (Jer 14:9)
of
Komt tot Mij, allen, die vermoeid en belast zijt, en ik zal
u rust geven; neemt mijn juk op u en leert van Mij, want Ik
ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden
voor uw zielen; want mijn juk is zacht en mijn last is licht.
(Mattheus 11:28-30)
of
De God des vredes, die onzen Here Jezus, den groten herder
der schapen door het bloed van een eeuwig verbond heeft teruggebracht
uit de doden, bevestige u in alle goed, om zijn wil te doen,
terwijl hij aan ons doe, wat in zijn ogen welbehagelijk is
door Jezus Christus. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid.
Amen. (Hebr. 13:20,21)
Stilte
Korte Beurtzang
In Uw handen, Heer, beveel ik mijn Geest
IN UW HANDEN, HEER, BEVEEL IK MIJN GEEST.
Gij zijt mijn verlosser, getrouwe God,
IN UW HANDEN, HEER, BEVEEL IK MIJN GEEST
Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest
IN UW HANDEN, HEER, BEVEEL IK MIJN GEEST
Canticum met antifoon
BEWAAR ONS, HEER, ALS WIJ WAKEN;
BESCHERM ONS, ALS WIJ SLAPEN;
DAN ZULLEN WIJ WAKEN MET CHRISTUS
EN RUSTEN IN VREDE
Laat nu, Heer, volgens Uw woord
Uw dienaar in vrede heengaan.
Mijn ogen hebben Uw heil aanschouwd
dat Gij hebt bereid voor de volken:
Het licht, dat voor alle heidenen straalt,
de glorie van Israël, Uw volk.
Eer aan de Vader en de Zoon
en de heilige Geest;
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.
BEWAAR ONS, HEER, ALS WIJ WAKEN;
BESCHERM ONS, ALS WIJ SLAPEN;
DAN ZULLEN WIJ WAKEN MET CHRISTUS
EN RUSTEN IN VREDE
Gebeden Gebedsoproep
Onze Vader
Responses
Gezegend zijt Gij, Heer God van onze voorouders
BOVENAL TE LOVEN EN TE PRIJZEN VOOR EEUWIG
Laten we de Vader en de Zoon en de Heilge Geest zegenen
LATEN WE HEM PRIJZEN EN VERHOGEN VOOR ALTIJD
Gezegend zijt Gij, O God, in het firmament van de hemelen
BOVENAL TE LOVEN EN TE PRIJZEN VOOR EEUWIG
De almachtige en genadige God beware ons en zegene ons
AMEN
Wij belijden voor de Almachtige God, de Vader, de Zoon en
de Heilige Geest, dat we gezondigd hebben in gedachten, woorden
en werken. Daarom bidden we God om ontferming
Heer, ontferm U
Christus ontferm U
Heer ontferm U
of: Kyrie eleison, Christe Eleison, Kyrie Eleison
(gezongen of in beurtspraak)
Moge de almachtige God zich over ons ontfermen, onze zonden
vergeven en ons geleiden tot het eeuwige leven.
AMEN
Voorbeden
Stil gebed
Heer onze God, we smeken U, bezoek deze plaats en neem alle
valstrikken van de vijand eruit weg; laten heilige engelen
er wonen om ons in vrede te bewaren; en moge uw zegen steeds
op ons rusten; door Jezus Christus onze Heer.
AMEN
of
Verlicht onze duisternis, zo smeken wij U, o Heer; en behoed
ons in uw genade voor alle gevaar en dreiging van deze nacht;
omwille van de liefde van uw enige Zoon, onze heiland, Jezus
Christus. Amen
of
O Heer Jezus Christus, Zoon van de levende God. Gij rustte
in het avonduur in het graf, en heiligde daardoor het graf
als een bed van hoop voor uw volk: Doe ons zo ons afkeren
van onze zonde, die Uw lijden tot gevolg had, dat als onze
lichamen is stof liggen, onze ziel mag leven bij U, die leeft
en regeert met de Vader en de Heilige Geest, één
enig God, nu en altijd.
AMEN
of
Zie neer, O Heer, van uw hemelse troon, verlicht de duisternis
van deze nacht met Uw hemelse helderheid, en doe de daden
der duisternis weg van de kinderen van het licht; door Jezus
Christus onze Heer.
AMEN
of
Wees hier aanwezig, o genadige God, en bescherm ons in de
stille uren van deze nacht, zodat wij die moe zijn van de
veranderlijkheid en de ongewisheid van deze vluchtige wereld,
rust mogen vinden in uw eeuwige trouw; door Jezus Christus
onze Heer.
AMEN
Avondgebed
Zegenbede (gezongen) De heer schenke ons zijn zegen
Hij beware ons voor onheil
en geleide ons tot eeuwig leven.
AMEN
Acclamatie Wij loven de Heer
(gezongen) WIJ DANKEN GOD
|