NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
  Kerkelijk Jaar
Hoofddienst   Getijden   Devotie   Uitingsvormen  

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis




VOORWOORD VERVOLGBUNDEL 1866

VOORREDE VOOR DEN VERVOLGBUNDEL.

De Algemeene Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk biedt hiernevens den lang verwachten Vervolgbundel op de Evangelische Gezangen aan de gemeente aan.
Sedert vele jaren werd in ons Gezangboek bij betrekkelijken rijkdom, het gemis opgemerkt van gepaste gezangen voor onderscheidene plegtige gelegenheden. De wench, om dat ontbrekende aan te vullen en daardoor in de algemeen erkende behoefte te voorzien, bragt reeds ten jare 1847 de Synode tot het besluit om zoodanigen Vervolgbundel te doen verzamelen. Na de Commissie van toezigt op den druk de en de uitgave der Evangelische gezangen, die daartoe het eerst den den last ontving, zijn achtereenvolgens onderscheidene Commissieën met dit doel werkzaam geweest. Vooral wordt met dankbaarheid het aandeel vermeld, hetwelk Dr. B. TER HAAR, Hoogleeraar, Dr. N. BEETS, Predikant, beiden aan dezen arbeid vroeger gehad hebben. Eindelijk, nadat verschillende Synoden over de allengs aangegroeide verzameling haar oordeel hadden uitgebragt hebben Dr J. WITKOP, Predikant te Zutphen., H.L. OORT, Predikant te 's Gravenkage en S.F. van HASSELT, vroeger Predikant te Sneek en thans Secretaris der Synode met evengenoemden Hoogleraar, daartoe door de Synode van 1865 uitgenoodigd, het bijkans voleinde werk nogmaals aan eene gestrenge herziening onderworpen en tevens voor de keuze van gepaste melodieën zorg gedragen, zoodat deze bundel als 't ware uit hunne handen in die der gemeente overgaat.

De twee en tachtig kerkliederen, daarin zijn ten deele uit bestaande gezangboeken en vroegere dichtbundels overgenomen, ten deele in handschrift welwillend aangebeden. Zij zijn afkomstig, voor zoo veel de namen der vervaardigers ons bekend zijn, van de navolgende dichters en dichteressen: Mr H. van Alphen Dr. N. Beets S. J. Van den Bergh , A. Francken, P.A. de Genestet, .B. ter Haar Dr. R. Bennink Jansonius, J.J.L. ten Kate, Mej. Albertine Kehrer, J. A. D. Molster P. Parson, E. J. Potgieter, C.S. Adama van Scheltema, Dr. W. H, Veder, W.H, Warnsinck Bz. en C.C. Withuys.

Den dank, aan, allen verschuldigd, brengen wij.hier gaarne aan de nog levenden toe.
Bestemd om met de Evangelische Gezangen één geheel te vormen, sluit zich deze verzameling, ook door de opvolging der cijfers, aan den bestaanden bundel aan. Men zal opmerken, dat bij voorkeur zulke gezangen gekozen zijn, die een dichterlijke uitwerking of bearbeiding van bijbelteksten, soms ook van uitvoeriger gedeelten der Heilige Schrift behelzen. In een Aanhangsel zijn geplaatst eenige vertaalde kerkliederen uit den. vóórtijd, omtrent wier voortreffelijkheid onder Protestanten slechts ééne stem is, waaraan bovendien heilige herinneringen verbonden zijn en die alzoo in hunne soort klassiek mogen heeten. Geteekend met de beroemde namen der ververvaardigers, heeft men deze liederen, met de taal en kleur, ook den gloed en de kracht van hunnen tijd laten behouden, niet alsof zij daardoor geschikter waren voor het hedendaagsche kerkgezang, maar omdat zij, eenigermate als de Psalmen door alle eeuwen heen eene onvergankelijke waarde, vooral voor huiselijk gebruik, bezitten.

In onzen veel bewogen tijd bemoedigt ons de hoop dat deze arbeid, met het oog op God ondernomen, ofschoon even als alle menschelijk werk, onvolmaakt, onder hoogeren zegen bevorderlijk zijn zal aan de stichting der gemeente in hare onderlinge zamenkomsten , aan den weldadigen indruk der Evangelieprediking in haar midden, aan den opbouw en bloei onzer Hervormde Kerk en daardoor aan de uitbreiding van Gods Koninkrijk. Waar zulke llederen, tot verheerlijking van God, onzen Vader, en van zijnen grooten Zoon onzen Verlosser en Heer, met diep gevoel des harten gezongen worden, daar zullen, vertrouwen wij, de gewenschte vruchten van geloof, hoop en liefde, in de gemeenschap des Heiligen Geestes, niet achterblijven.

Moge, naar onzen wensch, menig godsdienstig gemoed, menig christelijk huisgezin , vooral menige vaderlandsche gemeente daarin de getrouwe uitdrukking en dan ook voor zich zelve gedurige opwekking en versterking vinden van die heilige Godverheerlijkende gevoelens en gezindheden, die de kenmerken zijn van een levend Christendom.

's Gravenhage, 79 Julij 1866.
De Algemeene Synode der Nederlandsche Hervormde Kerk,
R.J. KONING, President. S. F, van HASSELT, Secretaris.