NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
 Kerkelijk Jaar
Hoofddienst  Getijden Devotie Uitingsvormen 

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis


Kunstgeschiedenis

Prehistorie, Oudheid en Vroege Middeleeuwen
Middeleeuwen
Renaissance
Barok en Rococo
Negentiende Eeuw
Twintigste Eeuw




Geschiedenis van de Christelijke Mystiek rond personen(6)

Mystiek van de woestijnvaders
Naast de Neoplatoonse mystiek van Augustinus en Dionysius loopt een andere lijn van de geestelijke cultuur, nauwelijks minder belangrijk voor de ontwikkeling van het contemplatieve leven. Deze begint bij de Vaders van de Egyptische woestijn, die door hun heldhaftige spiritualiteit een bijdrage leverden aan de bekering van Augustinus. Deze lijn vindt prachtige uitdrukking in de geschriften van Macarius van Egypte (ca. 295-386), de discipel van Anthonius en vriend van. Basilius, en bereikt het Westen door de "Dialogen" van Johannes Cassianus (ca. 350- ), een van de belangrijkste documenten voor de geschiedenis van de Christelijke mystiek. Ze vormen de vrucht van een zeven-jaar lange bedevaartstocht langs de Egyptische kloosters en vele gesprekken over geestelijke thema' s met de monniken. We vinden in deze dialogen voor het eerst een geordende en realistische beschrijving van de opeenvolgende stadia van het contemplatieve gebed en hun relatie tot 'de ontwikkeling van het geestelijk leven. Doordat ze aangenomen werden door Benedictus als deel van het geestelijk voedsel voor zijn monniken, hebben ze een beslissende invloed gehad op de kloosterlijke mystiek van de middeleeuwen. Hun eenvoudige ordelijke leer, bestemd om karakteristiek te worden voor de Roomse Kerk, ontving vernieuwde aandacht in het werk van Gregorius de Grote (540-604); dit hielp ook de zielen te vormen van volgende generaties contemplatieven.