NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
 Kerkelijk Jaar
Hoofddienst  Getijden Devotie Uitingsvormen 

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis


Kunstgeschiedenis

Prehistorie, Oudheid en Vroege Middeleeuwen
Middeleeuwen
Renaissance
Barok en Rococo
Negentiende Eeuw
Twintigste Eeuw



 

Deel II: De mystieke weg (5)
V Stemmen en visioenen6
Het horen van stemmen en het zien van visioenen zijn veel voorkomende fenomenen bij mystici, en men kan er daarom niet aan voorbij gaan, maar alle mystici waarschuwen ervoor daar teveel belang aan te hechten. Symbolen waaronder een mysticus gewoon was het Absolute te benaderen kunnen zich in de Illuminatie aan hem voordoen als objectieve ervaring, meer dan enkel een manier van interpretatie. Alle zintuigen kunnen daarbij aan bod komen. Een stem of een visioen kan zowel projectie van het subject zijn ("niet echt"), als een beeld achteraf waarmee de mysticus zijn ervaring probeert te vertalen.

In ieder geval bestaan er ook cruciale stemmen en visioenen, die de mysticus tot ommekeer brengen of hem laten overgaan van de ene fase naar de andere. Deze verschijnselen treden op in een tijd van crisis of innerlijke verdeeldheid en kunnen verschillende inhouden hebben: aanmoediging, vermaning, troost, "bevelen" , en brengen nieuw inzicht of nieuwe rust teweeg en overstromen het subject met nieuw licht. Zij zetten het subject ertoe dingen te gaan doen die tegen zijn eigen neiging ingaan. Zij zijn een medium voor nieuwe spirituele groei. Dit wijst erop dat het fenomenen van een hogere orde zijn, niet te herleiden tot een psychologische oorzaak in de mysticus. Het criterium om te onderscheiden tussen "verbeelding in de nde graad" en "echte transcendentale activiteit" is hun "levenbrengende" (life-enhancing) qualiteit. Maar omdat het subliminale bewustzijn van mystici zeer actief en rijk is en omdat het eigen is aan mystici dat hun "nerveuze organisatie" zeer instabiel is, zodat ze vatbaar zijn voor ziekte en uitputting, komen visioenen en stemmen van beide soorten naast elkaar bij hen voor.

GEHOOR. De eenvoudigste en meestal eerste manier waarop het Transcendente zich presenteert aan de mysticus is in de vorm van een stem: impliciet (de inhoud is duidelijk maar moeilijk in woorden uit te drukken, a.h.w. een "impuls"), duidelijk hoorbaar maar enkel in de geest, ofwel ervaren als een fysieke stem van buiten komend. Dit is ook de volgorde van waardering bij mystici: de impliciete stem zien zij als de meest waardevolle. De andere twee lopen veel meer het risico enkel ontsproten te zijn aan het onderbewuste van de mysticus, en moeten daarom kritisch benaderd worden. Criteria hierbij kunnen zijn of ze vreugde, zekerheid en vrede teweeg brengen, en of ze zich hebben doorgezet tegen weerstand van de mysticus in. Soms geraken mystici in een dialoog met het Transcendente: zij zijn a.h.w. enerzijds één geworden met de stem daarvan, maar anderzijds blijft hun individualiteit bestaan (dit is kenmerkend voor Illuminatie) en werpt vragen etc. op daartegenover.

GEZICHT. Visionaire ervaringen worden door mystici nog veel kritischer benaderd dan auditieve, want zij kunnen geen geschikt voertuig zijn voor een God die alle beelden overstijgt, en het gevaar van illusies is zeer groot. Maar analoog aan auditieve ervaringen onderscheiden zij ook hier tussen verschillende klasses, en hechten meer belang aan het visioen dat meer "gevoeld" dan gezien wordt dan aan de optische hallucinatie die zich voordoet als een echte fysieke waarneming. Dat eerste moeilijk vatbare visioen wordt door mystici "intellectueel visioen" genoemd. Het heeft iets van zien en van voelen en is toch geen van beiden. Het is nauw verbonden met het bewustzijn van de aanwezigheid van God, maar is volgens mystici toch weer iets anders, want hoewel het niet gezien wordt met de ogen kan het toch in de ruimte gelocaliseerd worden. Het kan zeer lange tijd aanhouden, volgens Teresa van Avila soms zelfs langer dan een jaar. Vervolgens is er nog het "imaginaire visioen", dat geen sensorische hallucinatie is; er wordt wel iets gezien, maar met het geestelijke oog. De mysticus kan zich ofwel bewust zijn dat hem hier waarheid getoond wordt in symbolische vorm, ofwel heeft hij het gevoel duidelijk en direct een Persoon gewaar te worden (bijv. Christus in een onuitsprekelijk licht gezien). De concrete inhoud van dit visioen kan beïnvloed worden door geloofsovertuigingen, herinneringen etc. van de mysticus.

Samenvattend: in dit stadium is het Zelf nog niet helemaal vrij gekomen van beelden, en de beschreven automatismen dienen als middel om op een of andere wijze het Absolute te genieten, actualiseren, aanbidden. Theologisch uitgedrukt: God past zich aan aan het nog beperkte bevattingsvermogen van de mysticus en presenteert zich op die manier die nu voor de mysticus toegankelijk is, in beelden etc.