NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
 Kerkelijk Jaar
Hoofddienst  Getijden Devotie Uitingsvormen 

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis


Kunstgeschiedenis

Prehistorie, Oudheid en Vroege Middeleeuwen
Middeleeuwen
Renaissance
Barok en Rococo
Negentiende Eeuw
Twintigste Eeuw



 

Ps 91: Een liturgische psalm

De 40 dagen of lijdenstijd wordt traditioneel geopend met Psalm 91. Dat was al zo in de westers katholieke traditie en de Lutheranen hebben dat de Hervorming in meegenomen. Het is een psalm die oorspronkelijk waarschijnlijk ook een liturgisch gebruik kende, bij de binnenkomst van de tempel in Jeruzalem. De priester zegt in een beurtspraak met het volk de mensen die komen aanbidden Gods bescherming toe.
De psalm is in de orde van dienst van de eerste Zondag van de veertig dagentijd terechtgekomen omdat in vers 11en12 de woorden staan die geciteerd worden door de duivel als hij Jezus verzoekt in de woestijn (Lukas 4:10-11; Matteus 4:6)
Aan het begin van deze tijd van inkeer verzekert de psalm eenieder ervan dat als hij zijn heil zoekt bij de Allerhoogste, hij niet bedrogen uit zal komen. Maar met de weg van Jezus voor ogen moet daarbij niet gedacht worden dat dat inhoudt dat een gelovige pijn en moeite bespaard zullen worden. Die weg laat zien dat pijn en moeite niet het einde hoeven te betekenen voor wie zijn vertrouwen op God stelt.

 

In het Dienstboek van de PKN staat (als Lutherse traditie):

Introitus Invocabit (de latijnse aanhef van de psalm, ook in gebruik als naam van de zondag)

Antifoon Roept hij Mij aan, Ik zal hem antwoorden;
Ik zal in de benauwdheid bij hem zijn.
Ik zal hem uitredden en tot eer brengen. (Psalm 91:15)

Psalm Wie in de schuilplaats van de Allerhoogste is gezeten,
vernacht in de schaduw van de Almachtige.
Ik zeg tot de HEER: mijn toevlucht en mijn vesting,
mijn God, op wie ik vertrouw.
Want Hij zal aangaande u zijn engelen gebieden,
dat zij u behoeden op al uw wegen;
op de handen zullen zij u dragen,
opdat gij uw voet niet aan een steen stoot.
(Psalm 91:1-2,11-12) of. (berijmd) Ps. 91:1,2,3

Over de psalm
Een aantal psalmen worden intochtliturgieën genoemd omdat er sprake is van een dialoog tussen de priester en het volk bij de ingang van de Tempel. Deel van het doel van deze psalmen is om de zegen die de Heer belooft aan te zeggen aan degenen die Hem komen vereren. Anders dan psalmen die worstelen met onschuldig lijden bevestigt Psalm 90 eenvoudigweg God's bescherming van de oprechten.

Wie in de schuilplaats van de Allerhoogste is gezeten,
vernacht in de schaduw van de Almachtige.
Ik zeg tot de HEER: mijn toevlucht en mijn vesting,
mijn God, op wie ik vertrouw.

Dit is de boodschap van de hele psalm. Wie het aangezicht van God zoekt wordt beschermd door de aanwezigheid van de Heer (speciaal in de Tempel) De Heer beschermt zoals de schaduw van een boom tegen de brandende zon in de woestijn beschermt, zoals een versterkte vesting bescherming geeft tegen een aanvallend leger.

Want Hij maakt u los uit de strik van de jagers,
behoed u voor de kwaadaardige tong.

Hij zal u met zijn vleugels beschermen, *
onder zijn wieken vindt gij een toevlucht, *
zijn trouw is uw pantser en schild.

In de volgende verzen spreekt de priester de aanbidder aan met een reeks machtige beelden van de veiligheid die hij zal vinden bij de Allerhoogste. De mens die zijn toevlucht zoekt bij God is als een vogel gered uit een val, als een adelaarsjong beschermd onder de machtige vleugels van de moederadelaar.

Geen nachtelijk onheil hoeft ge te vrezen, *
geen pijl bij klaarlichte dag;

geen ziekte die sluipt in de duisternis, *
geen kwaal in de gloeiende zon. -


De verzen gaan verder dan enkel onheil dat van mensen komt. Ze voeren ons langs de macht van kwade geesten.
bring before us the power of evil spirits. De ziekte die sluipt in de duisternis kan verwijzen naar de kwade machten die vrij spel hadden in de duisternis, zoals roofdieren op zoek naar hun prooi.
Het midden van de dag werd ook als een gevaarlijke tijd beleefd, wellicht vanwege de brandende hitte van de zon. De pijl en het onheil, kwade machten die het menselijk leven bedreigen, boezemen uiteindelijk geen vrees meer in aan mensen die hun heil bij de Allerhoogste zoeken.

Al vallen er naast u duizend neer, *
tienduizend man aan uw zijde, *
u zal het onheil niet deren.
.............................
De Heer is immers uw toevlucht, *
de Allerhoogste uw burcht. -

Van kwade machten gaat de psalm verder naar geweld. Ondanks het grote gevaar van geweld overal waar mensen leven wordt de mens die zijn heil bij God zoekt aangezegd dat hij daar uiteindelijk veiligheid zal vinden vanwege Gods trouw, die onder andere gestalte kreeg in zijn verbond.

Het zal gebeuren onder uw ogen, *
ge zult de straf van de zondaars zien.

Mensen die afwijken van God en zijn verbond zullen uiteindelijk doodlopen.

Het kwaad zal u niet bereiken, *
de ramp blijft ver van uw tent.

Hij heeft zijn engelen last gegeven *
op al uw wegen u te bewaken. -

Zij zullen u op hun handen dragen, *
geen steen zal uw voeten kwetsen.

Gij kunt op slangen en adders trappen, *
leeuwen en draken trotseren.

Wie op Mij rekent zal Ik verlossen, *
beschermen zal Ik wie Mij erkent.


Hier zijn we bij het hart van het mysterie waarover de psalm spreekt. Deze woorden worden door Satan aangehaald in zijn poging om Jezus te verzoeken in de woestijn, als hij hem aanmoedigt van de top van de tempel af te springen om
Gods wonderbaarlijke macht om hem te redden aan het licht te brengen.
Jezus liet in zijn eigen leven zien dat de rechtvaardige het kwaad niet ontloopt, het kwaad en het lijden treffen Hem wel degenlijk. Maar ze worden wel absoluut beschermd tegen uiteindelijk onheil omdat zij hun toevlucht bij God gevonden hebben. Jezus beloofde zijn discipelen macht over de macht van het Kwaad (Satan) toen hij zei: Zie, Ik
heb jullie de macht gegeven om op slangen en adders trappen en de hele macht van de vijand (Luke 10:19),
sentence. Gods getrouwen ervaren wel lichamelijk lijden en worden getroffen door het lot, maar zij zijn wel uiteindelijk geborgen in Gods hand.

Wanneer hij Mij aanroept zal Ik hem horen, *
hem bijstaan in iedere nood, *

hem redden en aanzien schenken.
Zijn levensdagen zal Ik vervullen, *

Met dit vers horen we de Heer zelf tot de gelovige spreken, mogelijk als een soort orakel dat door de priester uitgesproken wordt. De Heer verzekert de gelovigen dat midden in alles wat hij meemaakt, Hij er zal zijn en hem zal bergen in zijn Liefde. In Christus leven, lijden, sterven en opstaan kreeg deze psalm een nieuwe gestalte.

Ps 91 in verschillende vertalingen

Ps 91 Structuur en grammatica