LITURGIE &CETERA | Thema's | |||||||
Kerkelijk Jaar | ||||||||
Hoofddienst | Getijden | Devotie | Uitingsvormen | |||||
|
Uitleg van minder bekende woorden in Valerius Baart = lawaai maken. Balg = ordinaire uitdrukking voor buik. Batavia = in dit verband: Nederland Bruid= in dit verband: kerk: Domineren = brassen. Duiken = zich onderwerpen. Gejont = gegeven. Gepof = gesnoef. Gehengen = goedkeuren, toelaten. Gekroch = gezucht. Gesoord = gespuis. Glos = verstandig voogd. Hoveren = het hof maken. Huiken = zich verlagen. Hut. = wijkplaats voor soldaten. 't Jokkig = `t heerschzuchtig: Kaer = vriend. Laas = helaas. Maraan = scheldwoord voor Spanjaard Mareansch =. Spaansch. Moer = grondslag. Onderstaan = uitpluizen, er achter komen. Onduldig = niet om te dragen. Ontfaen. = ontvangen. Rapzak = kletskous. Rechtevoort = zonder ophouden. Rot = bende. Sleter - zwerver. Smeren = iemand. vleien. Spaen = begraven: Speck = Spanjaard. Stoffen = pochen. Sturen = krachteloos maken Taruw' = tarwe: Treves = Het Bestand.
|
|