Psalm LVI., MW Miserere mei., Op de eerste Voys: van Wt dieper Noodt
Als hier na volghet., Ach Godt ghenadich my doch zyt
Psalm LVII., Miserere mei, Op de Voys; Ach Godt van Hemel siet daerin/&c.,
Ghenadich HEER ghenadich mijn/
Psalm LVIII., Mum vero vtique., Op de Voys: Christus de HEER ten Jordaen
quam/ Als hier nae volcht., En wilt ghy dan de Waerheyt niet
Psalm. LIX., Eripe me. , Op de Voys: Ick roep tot dy Heer Jesu Christ.
Als hier nae volcht., Verlost my doch (O Godt myn Heer).
Psalm LX., Deus repulisti., Op de Voys: Als hier nae volghet, Godt ghy
die ons soo seer verstaat/
Psalm LXI., Exaudi Deus de., Op de Voys: Ach Godt van hemel siet daer
in., Ach Godt verhoort mijns Beedes Clacht/
Psalm LXII., Nonne Deo sub., Op de Voys: Het is dat heyl ons comen her.,
Ick wacht op Godt/ die helpet my/
Psalm LXIII., Deus Deus meus., Op de Voys: Van alle Menschen viel my
Heer., O Godt mijn Godt/ ick waecke vroech
Psalm LXIV., Exaudi Deus., Op de Voys: Help Godt hoe gaet het immer
toe/ &c., Verhoort my Godt in my gheclach/
Psalm LXV., Te decet hymnus., Op de Voys: Het wil ons Godt ghenadich
zijn/ Als hier nae Volghet., Godt Zyon lovet dy in stilt/
Psalm LXVI., Jubilate Deo, Op de Voys: Aen Watervlieten Babylon., Vycht
Godt den Heere alle landt/
Psalm LXVII., Deus Misereatur., Op de Voys: Het wil ons Godt ghenadich
syn: Als hier nae volght, Het wil ons Godt ghenadich zijn/
Psalm LXVIII., Exurgat Deus, Op de Voys: Door Adams Val is heel verderfft/
&c., Staet op (Heer) den Vyant verdrijft
Psalm LXIX., Saluum me fac., Op de Voys: O Heere Godt begnade my. Als
hier na volchet., Godt helpt my/ want het water fel/
Psalm. LXX., Deus in adiutorium, Op de Voys: Wt dieper Noot schrey ick
tot dy/ etc., Godt haeft om te verlossen my/
Psalm LXXI., In te Domine., Op de Voys: Als hier nae volghet., Heer
ick betrouw' alleen op dy/
Psalm LXXII., Deus indicium., Op de Voys: Als hier naevolghet., Den
Coninck end' dijn Overheyd
Psalm LXXIII., Quam Bonus., OP de Voys: Waer Godt miet met ons desen
tijt/ etc., Hoe troostlijck is Godt Israel
PSALM LXXIV., De quid Deus., Op de Voys: Aen water vlieten Babylon.,
Waerom verstoot ghy ons in leydt
Psalm. LXXV., Confitebimur., Op de Voys: Nu Love mijn Siel den Heere/
Al hier nae volget/ &c., Wy dancken (Godt) wy dancken
Psalm. LXXVI., Notus in Ju, Op de Voys: Een Vaste Borch is onse Godt/
etc. , GOdt is in Juda wel bekent/
Psalm LXXVII., Voce mea ad, Op de Voys: Wt dieper Noot schrey ick tot
Dy/ &c., Ick roep tot Godt met myne stem/
Psalm LXXVIII., Attendite po., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die/ Oft op de navolghende melodye., Aenhoort mijn Volck myn heylich
Wet/
Psalm LXXIX., Deus venerunt., Op zijn eygen Voys: Als hier nae volget.,
Heer Heyden syn in u Erffdeel
Deselve LXXIX. Psalm., , Op een ander Compostie, ende gaet op de Voys:
Wt dieper Noodt schrey ick tot Dy/ etc., O Heer met dyner hulp verschijn
Psalm. LXXX., Qui regis Israel, Op de Voys: : het syn doch Salich alle
die, Aenhoort O Herder Israel/
Psalm. LXXXI., Exultate Deo., Op de Voys : Een vaste Borch is onse Godt/
etc., Singt vrolijck (Godt is onse Vest)
Psalm. LXXXII., Deus stetit., Op de Voys: Aen Water vlieten Babylon.,
Godt selfs in syn ghemeynte staet/
Psalm. LXXXIII., Deus ne Sileas., Op de Voys Ach Godt van HEmel siet
daerin etc. , Godt swijcht doch niet/ noch zijt so stil
Psalm. LXXXIV., Quam dilecta, Op de Voys: Nu vreucht u lieve Christen
ghemeyn/etc., Hoe liefflijck zijn Heer Zebaoth
Psalm. LXXXV., Benedixisit., Op d Voys: Aen Water vlieten Babilon/etc.,
Heer, voormaels hebt ghy wel verschoont
Psalm LXXXVI., Inclina Domint, Op de Voys: O HEERE Godt begnade my/etc.
, HEER neycht dijn oor/ verhoore my/
Psalm. LXXXVII., Fundamenta., Op de Voys : Also hier nae volghet., Godt
Liefft de Poorten Zyons seer/
Psalm LXXXVIII., Domine Deus., Op de Voys: Heere Godt begnade my etc.,
Heer Godt mijn Heylandt hoort doch my/
Psalm LXXXIX., Misericordia, Op de Voys: Het is dat Heyls ons comen
her., Des Heeren goetheyt eewichlijck/
Psalm. XC., <W Domine refugium., Op de Voys: Het syn doch Salich
alle die., Heer Godt ghy onse toevlucht zijt/
Psalm. XCI., Qui habitat in ad., Op de Voys: O HEERE GOdt dijn God'lijck
Woort., Wie int Bechut de Hoochsten is/
Psalm. XCII., Bonum est Confite., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die., Den Heere dancken is mijn moet
Psalm. XCIII., Dominus regnauit., Op de Voys: O God wy Dancken dyner
Goed/etc., De Heer is Coninck end' Verciert
Psalm. XCIV., Deus vltionum., Op de Voys: Help Godt hoe gaet het jmmer
toe/ etc., Heer Godt want dijn de wrake is
Psalm. XCV., Venite exultemus., Op de Voys: O Heere Godt dijn Godijck
Woort/etc., Coemt doch hier by/ zijt alle bly/
Psalm XCVI., Cantate Domino., Op de Voys: Nu Vreucht u lieve Christen
gemeyn., Een Nieu Liedt singht den Heere soet.
Psalm. XCVII., Dominus regnavit, Op de Voys: Het zijn doch salich alle
die., De Heer is Coninck over al/
Psalm XCVIII., Cantate Domino., Op de Voys: Ick danck dy lieve HEERE/
etc., Een Nieu liedt vrolijck singhet
Psalm. XCIX., Dominus regnauit., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die, De HEER is Coninck overal/
Psalm C., Iubilate Deo omnis., Op de Voys : Vrolick willen wy Alleluia
singhen/ Also hier nae volghet., Iuycht den Heer overal/ en t'allen
tijde
Psalm CI., Misercordiam & Judi., Op de Voys: Het spreeckt wel der
Onwijsen Mont/etc., Vand Gnaed' en Recht wil singen ick
Psalm. CII., Domine exaudi ora., Op de Voys: Erbarm dy mijns O Heere
Godt., Heer hoort als ick aenroepe dy/
Psalm. CIII., Benedic anima mea., Op de Voys: Nu Looft mijn Siel den
Heere en/ Als hier nae volghet., Nu Loeff mijn Siel den Heere/
Psalm CIIIbis., , Op de Voys: O Heere Godt beg'nade my., Myn Sield en
Heer ghebenedy/
Psalm. CIV., Benedic anima mea., Op dese Voys: Als hier nae volghet.,
Looft Godt den Heer van herten bly
Psalm. CV., Confitemini Domine., Op de Voys: Het zijn doch Salich alle
die,, Danckt Godt den Heer en Roept hem aen/
Psalm CVI., Confitemini Domino., Op de Voys: Het zijn doch Salich alle
die., Danckt Godt/ want hy so vriendlic is
Psalm. CVII., Confitemini Domino., Op de Voys: het syn doch Salich alle
die., Danckt Godt/ wamt hy so vriend'lijc is
Psalm. CVIII., Paratum cor meum., Op de Voys: Nu Vreucht u Lieve Christen
gemeyn., O Godt mijn Hert is Recht bereydt
Psalm. CIX., Deus Laudem meam., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die., O Godt myn Lof en swijcht doch niet
Psalm. CX., Dixit Dominus Domi., Op de Voys: Door Adams Val is gansch
verderfft., Die Heere sprack in synen thoorn
Psalm. CXI., Confitebor tibi Domi. , Op de Voys: Nu vreucht u Lieve
Christen ghemeyn., HEER hartlijck wil ick danchen dy/
Psalm. CXII., Beatus vir qui timet., Op de Voys: O HEERE Godt dijn Godlick
Woort., WEL dien die Godt de Heere vreest/
Psalm. CXIII., Laudate pueri Do., Op de Voys: Christum wy sullen loven
schoon. Item Christi ghy zijt die helle dach, Item op de Navolghende
Voys., Ghy knecht des Heeren Looft de Heer
Psalm. CXIV., In exitu Israel., Op de Voys: Als hier nae volghet. ,
Doe Israel wt Egypten tooch/
Psalm. CXV., Non nobis Donine., Dese Psalm wordt oock ghesongen op de
voorgaende Voys., Niet ons/ niet ons/ O eewighe Heer
Psalm. CXVI., Dilexi quoniam, Opde Voys: het syn doch Salich alle die,
Hoe Lieff is my/ als dat de HEER
Psalm CXVII., Laudate Dominum., Op syn eyghen Voys Als hier nae volget.,
Vrolijck willen wy Alleluia singhen
Psalm. CXVIII., Confitemini Dom., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die., Danckt Godt den Peer in Eewicheyt
Psalm. CXIX., Beati immaculari., Op syn eyghen Voys: Als hier nae volghet.,
Het syn doch Salich alle die
Psalm CXIXbis., Deel 2, Ende gaet op dese Naevolgende Voys., Wyst my
den Wech van dijn geboden Recht
Psalm CXIXtres., Derde deel., Ende gaet op dese Naevolgende Voys:, Ick
houde over 't Recht/ en wil bijven
Psalm. CXX., Ad Dominum., Op de Voys het is dat Heyl ons comen her,
Op op de Voys: Wanneer mijn Stond, Den Heer Aenroep ick nae syn Woort,
Psalm. CXXI., Laetatus sum., OP de Voys: Nu vreucht u Lieve Christen
ghemeyn., Myn Ooghen sien ten Berghe schoon
Psalm. CXXII., Laetatus sum., Op de Voys : Nu Vreucht u Lieve Christen
ghemeyn., Verheucht my/ als ick heb verstaen
Psalm. CxXIII., Ad te Levavi, Op de Voys: Heer Christ ghy Eenig Godes
Soon, Mijn Oogen ick oprechte
Psalm. CXXIV., Nis quia Dom., Op de Voys: Help God hoe gaetet immer
toe/ Als hier nae volghet, Waer Godt niet met ons dese Tijt
Psalm CXXIIIIbis., , Op de Voys: Waer Godt niet met ond deser tijt.,
SO Godt de Heer niet by ons halt/
Psalm. CXXV., Qui Confidunt., Op de Voys: O HEERE Godt dijn God'lyck
Woort., Nu welcke al haer Hoope gaer
Psalm. CXXVI., In convertendo., OP de Voys: Vrolijck willen wy Alleluia
singhen/ etc., ALs de Heer syn gevangen Volck bevrijdet/
Psalm. CXXVII., Nisi Dominus., Op de Voys: So Godt de HEER niet by ons
staet., Weer Godt niet selffs 't Huys gaey en slaet/
Psalm. CXXVIII., Beati omnes qui., Op syn eygen Voys Als hier nae volghet.,
Wel hem die in Gods vreese staet
Psalm. CXXIX., Saepe expugnave., Op de Voys: Als hier nae volghet.,
Sy hebben dick wils my Benouwt/
Psalm. CXXX., De profundis cla., Op dese Tweederley zijn eyghen Voysen.
Als hier nae volget., Wt dieper Noot schrey ick tot dy
Psalm CXXXbis., , Op een ander Voys Als hier nae volght, Wt dieper Noot
schrey ick tot dy.
Psalm. CXXXI., Domine non est., Op de Voys: Van Hemel quam der Engel
schaer, Mijn Hert is niet verhoocht O Heer/
Psalm CXXXIbis. een ander Compostie/, < een ander Compostie/, Ende
op de Voys: O Heere Godt, dijn God'lijck Woert/etc., Heer als mijn Hert
recht overdenck
Psalm. CXXXII., Memento domi., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die , O HEer gedenckt aen David Jent
Psalm. CXXXIII., Ecce quam bo., Op de Voys: Het wil ons Godt ghenadich
zijn/ etc.- , Nu siet hoe fijn end Lieflijck ist/
Psalm. CXXXIV., Ecce nunc be., Op de Voys: Van Hemel quam des Enghel
Schaer., Siet nu end Looft den Heer met bljt
Psalm. CXXXV., Laudate nomen., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die., Ghy 's Heeren knechten dient hem wel
Psalm. CXXXVI., Confitemini, Op de voys: Van Hemel hooch daer coom ick
her., Danckt Godt want hy so vriend'lijck is/
Psalm. CXXXVII., Super flumina., Op den Voys: Aen water vlieten Babylon,
Aen Water vlieten Babylon/
Psalm CXXXVIII., Confitebor., Op de Voys: Door Adams Val is gantsch
verderfft., VAn gantscher Herten Danck ick dy/
Psalm CXXXIX., Domine proba., Op de Voys: Aen Water vlieten Babylon.,
Heer Godt ghy die doorsoecket my
Psalm. CXL., Eripe me domine ab., Op de Voys: O HEERE Godt beg'nade
my., HEer van den boosen Menschen my
Psalm. CXLI., Domine clamaui ad., Op de Voys: Ach Godt van HEmel siet
daer in., Ach Heer ick Roep Ancxtich tot dy/
Psalm. CXLII., Voce mea ad Domi, Op de Voys: WBt dieper Noot schrey
ick tot dy/ etc., ICk Roep tot Godt met mijner stem/
Palm CXLIII., Domine exaudi., Op de Voys: O HEERE Godt begnade my.,
Verhoort doch mijn gebedt Heer God/
Psalm. CXLIV., Benedictus Com., Op de Voys: Nu vreucht u lieve Christen
ghemeyn., Gelooft moet syn de Heere goet/
Psalm. CXLV., Exaltabo te Deus., Op de Voys: Nu looff mijn Siel den
HEEREN., Mijn Godt ick wil dy Roemen/
Psalm. CXLVI., Lauda anima mea, Op de Voys: Ick Danck op lieve HEEre.,
Mijn Ziel den HEER wilt geven/
Psalm. CXLVII., Laudate Domin., Op de Voys: Het syn doch Salich alle
die., Looft Godt den Heer/ hem heerlic sing
Psalm. CXLVIII., Laudate Dominum., Op de Voys: Het syn doch salich alle
die., Lovet den Heer ghy Hemel schoon
Psalm. CXLIX., Cantate domino., Op de Voys: O GOdt wy Dancken dijner
Goed'., SIngt vrolijck nu een Lieuwe liedt/
Psalm. CL., Laudate dominumin., Op de Voys: Ghelovet zijt ghy JEsu Christ/
etc., Den HEER te Loven zijt bereydt/
Gezang 0, Een nieuwe Compostie., Die men mach singen op den 16. 17.
20. 23. 35. 37. 38. 41. 43. 46. 110. 138. Psalm., De Heer die is mijn
Herder goet