NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
  Kerkelijk Jaar
Hoofddienst   Getijden   Devotie   Uitingsvormen  

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis




Zingen in de Bijbel

ZINGEN (uitgezonderd de Psalmen)

1. Ex 15,1
Toen zong Mozes, samen met de Israëlieten, dit lied ter ere van de HEER: ‘Ik wil zingen voor de HEER, zijn macht en majesteit zijn groot! Paarden en ruiters wierp hij in zee.

2. Re 5,11
overstem met je verhalen het geklets bij de bronnen en laat ieder bij het drenken zingen van de HEER die overwon, van de overwinning door zijn aanvoerders voor Israël behaald. Daar trok het volk van de HEER ten strijde, voorwaarts vanuit de steden.

3. 2 Sam 22,50
Daarom wil ik u prijzen, HEER, te midden van de volken, een loflied zingen tot eer van uw naam.

4. 1 Kron 15,16
Verder beval David de hoofden van de Levitische families diegenen van hun verwanten te laten aantreden die met luide stem, onder begeleiding van muziekinstrumenten, van harpen, lieren en cimbalen, vreugdeliederen konden zingen.

5. 1 Kron 16,7
Op die dag droeg David Asaf en zijn verwanten op voortaan als volgt de lof van de HEER te zingen:

6. 1 Kron 23,30
Verder moest bij het brandofferen voor de HEER elke ochtend en elke avond, en op sabbat, nieuwemaan en de andere hoogtijdagen steeds het voorgeschreven aantal Levieten aantreden om de lof van de HEER te zingen.

7. 1 Kron 25,1
De nakomelingen van Asaf, Heman en Jedutun werden door David en de hoofden van de eredienst van de gewone taken vrijgesteld om de lofliederen te zingen onder begeleiding van lieren, harpen en cimbalen. Hier volgt de lijst van de mannen die deze taak moesten verrichten:

8. 2 Kron 20,21
In overleg met het volk wees hij zangers aan om de lof van de HEER te zingen. Zij trokken voor de bewapende legermacht uit, de heilige glorie prijzend met de woorden: ‘Loof de HEER, eeuwig duurt zijn trouw.’

9. 2 Kron 29,30
Koning Jechizkia en de raadsheren vroegen de Levieten de lof van de HEER te zingen met de woorden van David en de ziener Asaf. Ze zongen vol vreugde, en allen bogen zich in aanbidding neer.

10. Neh 12,8
De Levieten: Jesua, Binnuï, Kadmiël, Serebja, Jehuda en Mattanja, die met zijn broers was aangesteld om de dankliederen te zingen.

11. Neh 12,24
Het waren: Chasabja, Serebja en Jesua, de zoon van Kadmiël. Dit waren hun verwanten, die afdeling bij afdeling tegenover hen opgesteld stonden bij het zingen van de lof- en dankliederen, naar het voorschrift van David, de godsman:

12. Job 21,12
Ze zingen, begeleid door lier en tamboerijn, ze vermaken zich bij fluitmuziek.

13. Hoogl 1,4
Neem mij met je mee. Laten we rennen! Mijn koning brengt mij in zijn kamers. Laten we juichen en zingen om jou! Laten we jouw liefde prijzen, meer nog dan wijn. Natuurlijk houden de meisjes van jou!

14. Jes 5,1
Voor mijn geliefde wil ik zingen het lied van mijn lief en zijn wijngaard. Mijn geliefde had een wijngaard, gelegen op vruchtbare grond.

15. Jes 24,16
Van het einde der aarde horen wij zingen: ‘Hulde aan de rechtvaardige!’ Maar ik verzucht: ‘Wee mij! Verloren, verloren ben ik! Verraders plegen verraad, hoe verraderlijk is het verraad van verraders.’

16. Jer 7,34
Ik zal in de steden van Juda en de straten van Jeruzalem de vreugdezangen laten verstommen; bruid en bruidegom zullen niet langer van blijdschap zingen, want heel het land wordt een woestenij.

17. Jer 9,17
Zeg: Laten ze zich haasten om voor ons een klaaglied te zingen. Dan vloeien onze tranen, dan baden onze ogen in water.

18. Jer 22,18
Daarom – dit zegt de HEER over koning Jojakim van Juda, zoon van Josia: Niemand zal een klaaglied zingen: “Ach mijn broer, ach mijn zuster.” Niemand klaagt: “Ach heer, ach majesteit.”

19. Jer 25,10
Ik laat de vreugdezangen verstommen, bruid en bruidegom zullen niet langer van vreugde zingen, het geluid van de handmolens zal versterven en het licht van de lampen zal doven.

20. Jer 33,11
zullen vreugdezangen klinken, zullen bruid en bruidegom van blijdschap zingen, zal te horen zijn: “Loof de HEER van de hemelse machten, want hij is goed, eeuwig duurt zijn trouw.” Er zullen dankoffers worden gebracht naar de tempel van de HEER, want ik keer het lot van Juda ten goede en maak het weer als vroeger – zegt de HEER.

21. Jer 48,33
Dan zal de vreugdezang verstommen in alle boomgaarden van Moab. Er zal geen wijn meer in de kuipen zijn. Ik maak een einde aan het treden van de druiven, de druivenpersers zingen niet langer hun lied.

22. Ez 26,17
Ze zullen dit klaaglied over je zingen: “Ach, hoe ben je te gronde gegaan! Jij, eens vanuit de zeeën bevolkt, roemrijke stad, burcht in de zee, jij en je bewoners zaaiden overal angst.

23. Ez 27,32
Dan zingen en klagen ze over je: ‘Wie was aan Tyrus, daar midden in zee, gelijk?’

24. Ez 32,16
Dit is een klaaglied, het zal worden gezongen, vrouwen van vreemde volken zullen het zingen, ze zullen het zingen over Egypte en alle Egyptenaren – zo spreekt God, de HEER.’

25. Am 6,5
Luidkeels zingen jullie bij de harp, en jullie denken te spelen als David zelf.

APOCRIEF
1. Tob 13,18
De poorten zingen vreugdezangen, de huizen roepen uit: “Halleluja, geprezen zij de God van Israël!” En zij die door de Heer gezegend zijn, zullen zijn heilige naam voor altijd prijzen, tot in eeuwigheid.’

2. Judit 14,7
Nadat ze hem overeind geholpen hadden, boog hij zich voor Judit neer en bewees haar eer: ‘Men zal uw lof zingen in elke Judese tent, ja, onder alle volken, die bij het horen van uw naam zullen beven.

3. EstGr 8,10
Verhoor mijn gebed, ontferm u over ons, uw eigen volk, en laat onze rouw in vreugde veranderen. Laat ons in leven, opdat wij de lof van uw naam kunnen zingen, Heer, en breng wie u loven niet tot zwijgen.’

4. Wijsh 17,18
Allen werden geboeid met die ene keten van duisternis. En of het nu het suizen van de wind was, of het melodieuze zingen van vogels in dicht struikgewas, of het ruisen van stromend water,

5. Sir 17,27
Wie zal in het dodenrijk de Allerhoogste loven, zoals de levenden, die voor hem een danklied zingen?

6. Sir 51,11
Ik zal uw naam altijd prijzen en een danklied voor u zingen.’ Mijn bede werd verhoord,

 

NIEUWE TESTAMENT

1. Mat 21,16
Ze gingen hem vragen: ‘Hoort u wat ze zeggen?’ En Jezus antwoordde hun: ‘Jazeker! Hebt u dan nooit gelezen: “Door de mond van kinderen en zuigelingen hebt u zich een loflied laten zingen”?’

2. Matteus 26:30 Nadat ze de lofzang hadden gezongen, vertrokken ze naar de Olijfberg.

3. Markus 14:26: Nadat ze de lofzang hadden gezongen, vertrokken ze naar de Olijfberg.

4. Handelingen 16:25 Om middernacht waren Paulus en Silas aan het bidden en zongen ze lofliederen voor God.

5. 1 Kor 14,15 Dus wat moet ik doen? Ik moet bidden met mijn geest, maar ook met mijn verstand; ik moet zingen met mijn geest, maar ook met mijn verstand.

6.I Korintiers 14:26 Broeders en zusters, wat betekent dit voor uw samenkomsten? Wanneer u samenkomt draagt iedereen wel iets bij: een lied, een onderwijzing, een openbaring, een uiting in klanktaal of de uitleg daarvan. Laat alles tot opbouw van de gemeente zijn. 27

7. Efeziers 5:19 en zing met elkaar psalmen, hymnen en liederen die de Geest u ingeeft. Zing en jubel met heel uw hart voor de Heer

8. Kolossenzen 3:16 Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft.

9. Jak 5,13
Als een van u het moeilijk heeft, laat hij bidden; is hij vrolijk, laat hij een loflied zingen.

ZINGEN IN DE PSALMEN
1. Ps 13,6
Ik vertrouw op uw liefde: mijn hart zal juichen omdat u redding brengt, ik zal zingen voor de HEER, hij heeft mij geholpen.

2. Ps 18,50
Daarom wil ik u prijzen te midden van de volken, HEER, een loflied zingen tot eer van uw naam.

3. Ps 27,6
Daarom heft zich mijn hoofd fier boven de vijanden rondom mij, ik wil offers brengen in zijn tent, hem juichend offers brengen, ik wil zingen en spelen voor de HEER.

4. Ps 30,13
Mijn ziel zal voor u zingen en niet zwijgen. HEER, mijn God, u wil ik eeuwig loven.

5. Ps 35,28
Van uw gerechtigheid zal mijn tong spreken, van uw roem wil ik zingen, dag aan dag.

6. Ps 57,8
Mijn hart is gerust, o God, mijn hart is gerust, ik wil voor u zingen en spelen.

7. Ps 57,10
U, Heer, zal ik loven onder de volken, over u zingen voor alle naties.

8. Ps 59,18
Mijn sterkte, voor u wil ik zingen, mijn burcht is God, de God die mij trouw blijft.

9. Ps 63,4
Uw liefde is meer dan het leven, mijn lippen zingen uw lof.

10. Ps 65,14
de weiden kleden zich met kudden, de dalen tooien zich met graan. Zij zingen en juichen elkaar toe.

11. Ps 66,4
Laat heel de aarde voor u buigen en zingen, uw naam bezingen.’ sela

12. Ps 71,22
Dan zal ik u loven bij het spel op de harp, u en uw trouw, mijn God. Ik zal voor u zingen bij de lier, Heilige van Israël.

13. Ps 75,10
Ik wil er altijd over spreken, erover zingen voor de God van Jakob:

14. Ps 87,7
En dansend zingen zij: ‘Mijn bronnen zijn alleen in u.’

15. Ps 89,2
Van uw liefde, HEER, wil ik eeuwig zingen, van uw trouw getuigen, geslacht na geslacht.

16. Ps 101,1
Van David, een psalm. Ik wil zingen over trouw en recht in een lied voor u, o HEER,

17. Ps 104,33
Voor de HEER wil ik zingen zolang ik leef, een lied voor mijn God zolang ik besta.

18. Ps 108,2
Mijn hart is gerust, o God, ik wil zingen en spelen. Mijn ziel,

19. Ps 108,4
U, HEER, zal ik loven in heel de wereld, over u zingen voor alle volken.

20. Ps 137,4
Hoe kunnen wij zingen een lied van de HEER op vreemde grond?

21. Ps 138,1
Van David. Ik wil u loven met heel mijn hart, voor u zingen onder het oog van de goden,

22. Ps 144,9
Ik wil een nieuw lied voor u zingen, God, voor u spelen op de tiensnarige harp,

23. Ps 147,1
Halleluja! Hoe goed is het te zingen voor onze God, hoe heerlijk hem onze lof te brengen.

24. Ps 149,3
Laten zij dansend zijn naam loven, bij lier en tamboerijn voor hem zingen.
-------------------------------------

LOFZANG(EN) ZING LOF

Psalm 40:4 Hij gaf mij een nieuw lied in de mond,
een lofzang voor onze God.

Psalm 145:1 1 Een loflied van David.
U, mijn God en koning, wil ik roemen,
uw naam prijzen tot in eeuwigheid

Psalm 147:1 1 Halleluja!
Hoe goed is het te zingen voor onze God,
hoe heerlijk hem onze lof te brengen.

Nehemia 12:46 – in de tijd van David en Asaf, lang geleden, ligt immers de oorsprong van de dienst van de zangers die de lofzangen aanheffen en God prijzen.

Psalm 95:2 Laten wij hem naderen met een loflied,
hem toejuichen met gezang.

Jesaja 24:16 16 Van het einde der aarde horen wij zingen: ‘Hulde aan de rechtvaardige!’

Jakobus 5:13 Als een van u het moeilijk heeft, laat hij bidden; is hij vrolijk, laat hij een loflied zingen.

 

ZING(EN) VOOR DE HEER

Exodus 15:1 Toen zong Mozes, samen met de Israëlieten, dit lied ter ere van de HEER: ‘Ik wil zingen voor de HEER, zijn macht en majesteit zijn groot! Paarden en ruiters wierp hij in zee.

Exodus 15:21 En Mirjam zong dit refrein:
‘Zing voor de HEER,
zijn macht en majesteit zijn groot!
Paarden en ruiters wierp hij in zee.’

1 Kronieken 16:23 Zing voor de HEER, heel de aarde. Verkondig van dag tot dag dat hij ons redt.

1 Kronieken 7 Met hun andere verwanten die in de zangkunst voor de HEER waren opgeleid, bestond de groep volleerde zangers uit tweehonderdachtentachtig man.

2 Kronieken 21 In overleg met het volk wees hij zangers aan om de lof van de HEER te zingen. Zij trokken voor de bewapende legermacht uit, de heilige glorie prijzend met de woorden: ‘Loof de HEER, eeuwig duurt zijn trouw.’

Psalm 13:6 Ik vertrouw op uw liefde: mijn hart zal juichen omdat u redding brengt, ik zal zingen voor de HEER, hij heeft mij geholpen.

Psalm 95:1 1 Kom, laten wij jubelen voor de HEER, juichen voor onze rots, onze redding.

Psalm 96:1 1 Zing voor de HEER een nieuw lied,
zing voor de HEER, heel de aarde.
2 Zing voor de HEER, prijs zijn naam,
verkondig van dag tot dag dat hij ons redt.

Psalm 98:1 Zing voor de HEER een nieuw lied:
wonderen heeft hij verricht.
Zijn rechterhand heeft overwonnen,
zijn heilige arm heeft redding gebracht.

Psalm 104:33 Voor de HEER wil ik zingen zolang ik leef,
een lied voor mijn God zolang ik besta.

Psalm 147:7 7 Hef voor de HEER een hymne aan,
zing voor onze God een lied bij de lier,

Psalm 149:1 Halleluja! Zing voor de HEER een nieuw lied,
roem hem te midden van zijn getrouwen.

Jesaja 42:10 Zing voor de HEER een nieuw lied,
laat zijn lof klinken van de einden der aarde,
jullie die de zee bevaren, en alles wat leeft in zee,
jullie, eilanden, en allen die daarop wonen.

Jeremia 20:13 Zing voor de HEER, loof de HEER,
want hij heeft het leven van de arme
uit de handen van boosdoeners gered.

ZING; ZONG (Nieuwe Testament)

1 Korintiers 14:15 Dus wat moet ik doen? Ik moet bidden met mijn geest, maar ook met mijn verstand; ik moet zingen met mijn geest, maar ook met mijn verstand.

Openbaring 5: 9 En ze zetten een nieuw lied in:
‘U verdient het om de boekrol te ontvangen en zijn zegels te verbreken. .

Openbaring 14: 3 Er werd voor de troon en voor de vier wezens en de oudsten iets gezongen dat leek op een nieuw lied. Niemand kon het lied begrijpen, behalve de honderdvierenveertigduizend mensen die van de aarde zijn vrijgekocht.

Openbaring 15: 3 Ze zongen het lied van Gods dienaar Mozes en het lied van het lam:
‘Groot en wonderbaarlijk zijn uw werken, Heer, onze God, Almachtige,
rechtvaardig en betrouwbaar is uw bestuur, vorst van de volken.

(het "lied van Mozes" is te vinden in Exodus 15: 1 Toen zong Mozes, samen met de Israëlieten, dit lied ter ere van de HEER: ‘Ik wil zingen voor de HEER, zijn macht en majesteit zijn groot!
Paarden en ruiters wierp hij in zee.


In het kort

Zingen komt voor:

1. als er een aanleiding is om iets te VIEREN (bij voorbeeld een overwinning)
2. als er een gelegenheid was om God te PRIJZEN

Gezangen zingen kwam voor:

1. als GROEPS ACTIVITEIT (het was niet gebruikelijk individueel te zingen)
2. om elkaar OP TE WEKKEN (bijv. Paulus en Silas in de gevangenis).
3. om elkaar OP TE BOUWEN (voor morele en geestelijke instructie, zie 1 Kor. 14: 26-27: Broeders en zusters, wat betekent dit voor uw samenkomsten? Wanneer u samenkomt draagt iedereen wel iets bij: een lied, een onderwijzing, een openbaring, een uiting in klanktaal of de uitleg daarvan. Laat alles tot opbouw van de gemeente zijn. 27 Er mogen twee, hoogstens drie van u in klanktaal spreken, ieder op zijn beurt en bovendien met iemand die de uitleg geeft.

Kol. 3:16: 16 Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft.

Zingen komt in de Bijbel vaak voor als een natuurlijk antwoord op spanning of vreugde.