LITURGIE &CETERA | Thema's | |||||||
Kerkelijk Jaar | ||||||||
Hoofddienst | Getijden | Devotie | Uitingsvormen | |||||
|
Tot mijn verbazing trof ik in een nummer van Woord&Dienst (jaargang 2008?) een artikel aan over de eredienst waarin het beeld van de Sightseeing Tour gebruikt wordt om een manier van evalueren door de deelnemers (consumenten) voor te stellen. De eredienst is in die optiek een soort geestelijke reis waarbij het aanbod wel moet aansluiten bij wat de deelnemers wensen (ze hebben er immers voor betaald). De deelnemers aan een sightseeingtour krijgen achteraf een evaluatieformulier om er achter te komen of de tour wel aansluit bij hun touristische behoeften (en die van toekomstige klanten). De touroperator wil dat graag weten, want zijn doelstelling is niet om de historie van de stad zo uitgebreid mogelijk onder de aandacht te brengen maar om zijn bankrekening (of die van de aandeelhouders) zo sterk mogelijk te laten groeien en daarvoor is het nodig iets te leveren dat goed in de markt ligt. De enige kwalitatieve norm is of het zo is dat de consument er geld voor wil betalen. Door deze vorm van evaluatie voor te stellen plaats je de eredienst in een categorie van 'wedijverende activiteiten', niet in de categorie van 'spel activiteiten' waarin de eredienst traditioneel een plaats vond (klik hier voor meer over 'spel en wedijver'). Nu is het probleem van teruglopend kerkbezoek bekend. En de zakelijke oplossing die ervoor aangedragen wordt is dat je het product moet aanpassen aan de behoefte van de consument. Dus die behoefte moet je peilen door middel van evaluatie. Dat is dan met het idee dat je je product kunt aanpassen, want het geeft niet wat je verkoopt, als het maar wat oplevert. Dat is een benadering uit het bedrijfsleven. Een ander inzicht uit het bedrijfsleven is dat als je product geen duidelijke eigen identiteit meer heeft, het zijn plaats op de markt verliest. En dan is het uitproberen wat het meeste oplevert. Vanuit
de traditionele functionaliteit van de eredienst gezien is dit een duidelijke
ontsporing. Vanouds is de eredienst bedoeld om God eer te brengen, de eredienst
is een oase in de strijd om het bestaan, een verademing in het egocentrische bestaan,
God staat centraal en niet de al of niet consumerende mens. Hierbij helpt het zeer als de gelovige zich in de bijbel verdiept, dat verdiept ook de eredienst. De eredienst die de kerk door de eeuwen heeft gehouden is dan ook altijd begeleid door een stuk vorming om mensen beter in staat te stellen door middel van de bijbelwoorden God eer te brengen. (Een spel kun je alleen spelen als je de regels kent.) De ontsporing wordt voorkomen (het geheim van de Smid), als de gelovige niet zichzelf centraal stelt maar God. Dan vindt deze meer dan wanneer hij probeert zelf gesticht te worden. (wie zijn leven verliest zal het winnen en wie het zal willen behouden zal het verliezen). Er zijn excellente eredienstsystemen
(de getijden) opgebouwd rond het Psalmboek, maar de ervaring daarmee is dat die
het beste werken als ze dagelijks gebruikt worden. Wat dat betreft is de term
godsdienstoefening niet enkel de uitoefening van de eredienst aan God maar zeker
ook het oefenen erin. De ervaring van velen is dat oefenen (net als bij sport)
zeer vruchtbaar is. Mensen die niet zoveel energie in de eredienst konden steken konden met eenvoudige oefeningen ook een heel eind komen: drie maal daags lezen en bidden bij de maaltijden, het herhaaldelijk bidden van bijbelteksten ( bijv. de Rozenkrans, het Onze Vader). Eredienst vereist inzet, het gaat er niet om dat de gelovige aangesproken wordt, maar dat God geloofd wordt. De ervaring is dat als dat gebeurt mensen er meer aan beleven dan wanneer de eigen beleving centraal gezet wordt..
|
|
|