NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
  Kerkelijk Jaar
Hoofddienst   Getijden   Devotie   Uitingsvormen  

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis




Vroeg Christelijke Liturgie

Joodse bestanddelen van de Christelijke Eredienst

  •  De vorm van de eredienst in de synagoge
  •  Het Paasfeest
  •  De Joodse Berakoth
  • Zie ook verdere pagina's over de vroeg Christelijke Eredienst
  • Ontwikkeling van de Eredienst
  • Joodse Elementen in de Eredienst
  • Eredienst in de Vroege Kerk
  • Kerk Keizerrijk en Cultuur
  • Vroeg Christelijke Kerkmuziek

    De vorm van de eredienst in de synagoge

    De meeste geleerden zijn het er over eens dat de structuur van de Christelijke eredienst bijna direct afgeleid is van de Synagogale vorm van Joodse eredienst. [1] Het belang van de synagoge voor de Joden was vanwege een historische gebeurtenis, de Babylonische ballingschap. Zonder Tempel om eredienst en offerdienst in te houden waren vrome Joden gedwongen om bijeen te komen rond hun oudsten en te luisteren naar het woord van God, om onderwijzing te ontvangen en voor de eredienst aan God. Deze vorm werd behouden en consolideerde na terugkeer uit de ballingschap en werd een normaal onderdeel van het Joodse religieuze leve. Het grondpatroon was ontleend aan de Tempeldienst, en de diensten werden op dezelfde tijden gehouden als de Tempeldiensten.

    De bouw en inrichting van een doorsnee synagogue geeft een indicatie van wat er plaatsvond. Er waren duidelijke kenmerken. De eerste was de zetel van Mozes, die weergegeven werd door de zetels waarop de rabbi's zaten. Deze zetels stonden op een verhoogd platform dat bema genoemd wordt, dat centraal was in de synagoge. Elke synagoge had een Ark, die beschermd was door een voorhangende doek en waarvoor een zevenarmige kandelaar brandde— de Menorah. "De Ark in de synagoge bevatte de Schriften en verwees naar de Ark van de Tempel, zoals het gebouw ook gericht was op Jeruzalem. Het uiteindelijke brandpunt van de synagogale eredienst was het Heilige der Heiligen in Jeruzalem, net zoals het brandpunt van de eredienst in de Tempel het Heilige der Heiligen was." [2]

    Synagogue

    Lukas vertelt dat Jezus gewend was naar de synagoge te gaan en dat hem gevraagd werd de profeet Jesaja te lezen (Lukas 4:16-30). Alfred Edersheim reconstrueert de typerende volgorde: "Bij binnenkomst in de synagoge, of misschien al eerder vroeg de overste van de Synagoge Jezus op te treden als Sheliach Tsibbur (de vertegenwoordiger van het volk). Want, volgens de Mishnah, werd van de persoon die het gedeelte van de profeten las in de synagoge verwacht dat die ook voorgin in de gebeden... Jezus beklom de Bema en begon de dienst, staande achter de lessenaar, met gebed. De volgende gebeden werden later in de Joodse traditie aan het begin gebeden:

    "Gezegend zijt Gij, O Heer, Koning der wereld, Die het licht gevormd heeft en de duisternis geschapen, Die vrede geeft en alles schept; Die genadevol licht aan de aarde geeft en aan wie er op wonen, en in Uw goedheid dag en nacht het werk van de schepping vernieuwt. Gezegend zij de Heer onze God omwille van de glorie van zijn handwerk, en omwille van de licht gevende lichten die hij gemaakt heeft tot zijn lof. Gezegend zij de Heer onze God, die de lichten geformeerd heeft.

    "Met grote liefde heeft U ons liefgehad, O Heer onze God, en met veel overvloedig erbarmen heeft U zich erbarmt over ons, onze Vader en onze Koning. Omwille van onze vaderen die op U vertrouwden, en Gij onderweest hen in de regels van het leven, ontferm U over ons en onderwijs ons. Verlicht onze ogen in Uw Wet; doe onze harten hechten aan uw geboden; verenig onze harten om uw Naam lief te hebben en te vrezen, dan zullen we niet te schande komen te staan, voor eeuwig. Want Gij zijt een God Die redding bereidt, en die ons waarlijk nabij Uw Grote Naam gebracht heeft zodat wij U en Uw Eenheid liefdevol prijzen. Gezegend zij de Heer, Die in liefde zijn volk Israel koos.

    Hierna volgde (ten minste in de latere gebedenboeken) het Shema (een soort geloofsbelijdenis), bestaande uit drie passages uit de Pentateuch. Na dit gebed nam wie voorging (althans volgens de latere gebedenboeken) plaats voor de ark en reciteerde zegeningen. Hierna werden bij de dag passende gebeden gezegd. Na dit liturgische deel naderde de overste van de synagoge de Ark en haalde de Wetsrol tevoorschijn. Op de Sabbath werd door ten minste zeven personen een opeenvolgend deel van de Wet gelezen, altijd meer dan drie verzen, gevolgd door een gedeelte uit de Profeten. Daarna volgde de uitleg.

    Hoewel de vondst in de Genizah van Cairo duidelijk maakt dat de bewoordingen veel minder vast lagen dan voorheen gedacht werd, is het mogelijk dat de volgende rubrieken al wel bestonden:

    1. Een serie gebeden aan het begin van de dienst, met responsen van de gemeente.

    2. De Belijdenis. Na de openingsgebeden volgde een belijdenis van God's trouw tegenover de ontrouw van de mensen.

    3. Voorbede.

    4. Schriftlezingen volgens een rooster..

    5. Uitleg en toepassing

    6. Zegening.

    Vroege Christelijke kerken leken op de Joodse synagoges. In de oudste Syrische kerken die opgegraven zijn is de zetel van Mozes de zetel van de Episkopos geworden, en de halfronde bank die er om heen staat is de zitplaats van de Christelijke 'presbyters.' Net als in de synagoge zijn ze in het midden van de gemeente gesitueerd. De bema is ook daar, niet ver van de Ark met de Schriften, die nog steeds op zijn oude plaats is, niet ver van het einde, maar enige afstand van de apse. Er is nog steeds een voorhangsel en de kandelaar staat er nog naast. De apse is echter niet meer naar Jeruzalem gekeerd, maar naar het Oosten, een symbool van de verwachting van de wederkomst van Christus. In de Syrische kerk bevat deze naar het oosten gerichte apse nu het altaar, waar een tweede doek voor hangt ten teken dat daar iets heiligs zich afspeelt. [3]

    BACK TO TOP

    Het Paasfeest

    Het paasfeest is een voorbeeld van een Joodse eredienstpraktijk die door het sterven en opstaan van Jezus Christus een nieuwe duiding kreeg die centraal staat in het Christendom. Op het Paasfeest, één van de drie hoogfeesten van Israel, vierde het volk zijn verlossing door God uit de slavernij van Egypte. Het feest omvatte het offer van een lam in de voorhof van de Tempel, en het deelnemen aan de sedermaaltijd waarbij een deel van het geofferde lam genuttigd werd. Dit lam deed herinneren aan de lammeren die in Egypte geslacht werden; hun bloed werd op de deurposten en dorpels aangebracht om de vernietigende engel tegen te houden. Meer dan enkel symbolisch, effectueert dit geofferde lam weer voor een jaar de verlossing van het volk van God, terwijl de sedermaaltijd het verhaal levend hield en een soort tafelgemeenschap vormde tussen God en mensen. Om het paasfeest in relatie tot de tempel te kunnen vieren probeerde elke vrome Jood dit zo vaak mogelijk in Jeruzalem te vieren.

    Jezus was Jerusalem binnengegaan voor Pasen om zijn laatste avondmaal met zijn discipelen te vieren. Ze vroegen om instructies voor het bereiden van het Paasmaal (Joh. 13:1 en Mt. 26:17), en hij liet ze de voorbereidingen treffen in de bovenzaal. Tijdens dit Paasmaal geeft Jezus een nieuwe duiding ervan door de woorden die overgeleverd zijn als de inzettingswoorden van het avondmaal.

    Maar het avondmaal dat Jezus en zijn discipelen vierden was niet de normale sedermaaltijd die immers niet op donderdagavond maar op vrijdagavond, de vooravond van de Sabbath plaatsvond.

    Omdat het laatste avondmaal plaats vond op Donderdagavond, de dag voor het Paasfeest, was er geen geslacht lam uit de Tempel. Volgens Johannes vond de dood van Jezus plaats op vrijdag terwijl de lammeren geslacht werden in de Tempel (Joh. 18:28). Jezus werd inderhaast gekruisigd op Golgotha opdat men met een schone lei met het Paasfeest zou kunnen beginnen op de vooravond van de Sabbath (vrijdagavond.

    Lukas vertelt dat Jezus zijn discipelen aan tafel zei:"Ik heb vurig begeerd dit Pascha met u te eten, eer ik lijd. Want ik zeg u, dat ik het voorzeker niet meer eten zal, voordat het vervuld is in het koninkrijk Gods." (Lukas 22:15-16).

    De lammeren die in de Tempel geslacht werden waren onderdeel van het Oude Verbond; het Lamb geslacht op het kruis is het Nieuwe Verbond in Jezus Christus, de vervulling van de Wet en de Profeten. Jezus Christus, in het offeren van zijn Lichaam en Bloed, is plaatsvervanger van het offerlam. Inplaats van het in de Tempel geofferde lam te delen offert Jezus zichzelf op en doorbreekt de kringloop van de offercultus. Zo kreeg door het sterven en opstaan van Jezus Christus een Joodse eredienstpraktijk een nieuwe betekenis en werd de Oude Verbond vernieuwd tot Nieuw Verbond. Zo werd het sedermaal getransformeerd tot Avondmaal/Eucharistie. De vroege Christenen stelden dan ook dat de Eucharistie hen verloste van de dood en gemeenschap gaf met God. Verlossing en gemeenschap waren al kernpunten geweest en waren in Jezus Christus overweldigend bevestigd.

    TERUG NAAR BOVEN

    De Joodse Berakoth

    Als het Laatste Avondmaal geen sedermaal was, wat was het dan wel. Er is wel gepoogd het te verbinden met de Joodse traditie van de berakoth. Dit Joodse woord betekent zegening.Net als het Griekse woord eucharistia is het in de eerste plaats een proclamatie van het wonderbaarlijke werk van God, en is het niet beperkt tot dankzegging voor de ontvangen gave.

    Er zijn twee hoofdtypen berakoth in de Joodse traditie: "Een type is een korte formule die snel stereotype wordt en enkel bestaat uit lof en dankzegging, een 'zegening' in de engste zin. De andere is een meer ontwikkelde formule waarin het smeekgebed een plaats heeft, hoewel steeds in een 'zegening' contekst. De eerste begeleidt elke actie van de vrome Jood van zijn ontwaken tot zijn inslapen. De tweede heeft zijn plaats in de Synagoge dienst ('s ochtend, 's middags, 's avonds) of in de maaltijdgebeden, in het bijzonder bij de laatste beker die door alle deelnemers gedeeld wordt." [4]

    Deze maaltijd berakoth werd van speciaal belang geacht voor het begrip van de ontwikkeling van van de Eucharistie. In principe zou het vereist zijn voor elke Joodse maaltijd, en deel van de inhoud was de verwachting van het messiaanse feestmaal. De maaltijd werd voorafgegaan door verplichte reiniging van de handen, gevolgd door het drinken van de eerste beker wijn door iedere deelnemende persoon met de volgende zegening:

    "Gezegend zijt Gij, Heer onze God, Koning van het heelal, die ons de wijn van de wijnstok geeft."

    De maaltijd begon dan met de vader van het gezin, of de belangrijkste van het gezelschap, aan het hoofd, die het brood brak dat aan ieder gegeven werd met de volgende zegening:

    "Gezegend zijt Gij, Heer onze God, Koning van het heelal, die het brood voortbrengt uit de aarde."

    Na de maaltijd nodigde degene aan het hoofd met een beker wijn gemengd met water de anderen uit om te delen in zijn dankzegging met de woorden:

    "Laat ons de Heer, onze God, dankzeggen."

    En de aanwezigen antwoordden:

    "Gezegend hij wiens vrijgevigheid ons voedsel gegeven heeft en wiens goedheid ons het leven gegeven heeft."

    Daarna cantileerde degene aan het hoofd een serie berakoth (veelal drie), waarvan de eerste herinnerde aan Mozes en een zegening was vanwege de voeding. De twee herinnerde aan Jozua en was een zegening vanwege het beloofde land. De derde herinnerde aan David en Salomo en was een smeking dat het scheppende en reddende handelen van God vroeger zou voortgaan en vernieuwd worden en zijn uiteindelijke vervulling vinden in de komst van de Messias en de vestiging van het Koninkrijk van God. Fr. Bouyer is een van degenen die hier het patroon van de Eucharistie in herkennen.[5]

    Er werd vanuit gegaan dat de gebeden die pas in de loop van het eerste millennium opgeschreven werden eeuwenlang onveranderd mondeling overgeleverd werden. Nu de vondst in de Genizah in Cairo heeft laten zien dat dat niet zo is, kunnen de Joodse tradities van later datum niet meer woordelijk van toepassing geacht worden op de tijd van Jezus.

    Toch is het duidelijk dat het Avondmaal/de Eucharistie tegen de achtergrond van de toen heersende Joodse eredienst vorm kreeg en in het begin bijna uitsluitend qua nieuwe inhoud zich ervan onderscheidde. Fr. Bouyer mag dan latere bewoording onterecht gebruiken voor de tijd van Jezus, hij heeft wel gelijk als hij zegt: "De eerste formuleringen van de Christelijke eucharistie bestond, in navolging van wat Christus zelf had gebruikt, uit Joodse formuleringen door middel van een paar toegevoegde woorden toegepast op een nieuwe contekst, die er al bij paste." [6]

  • Zie ook verdere pagina's over de vroeg Christelijke Eredienst
  • Ontwikkeling van de Eredienst
  • Joodse Elementen in de Eredienst
  • Eredienst in de Vroege Kerk
  • Kerk Keizerrijk en Cultuur
  • Vroeg Christelijke Kerkmuziek


    TERUG NAAR BOVEN


    [1] Alexander Schmemann, Introduction to Liturgical Theology; St. Vladimir's Press, New York, 1973

    [2] Louis Bouyer, Liturgy and Architecture; Notre Dame Press, Notre Dame, p. 13

    [3] Louis Bouyer, Eucharist; Notre Dame Press, Notre Dame, 1968, p. 26

    [4] Bouyer, op cit, p. 50

    [5] Bouyer, op cit, p. 80

    [6] Bouyer, op cit, p.108