NOEME WILLEM
VISSER Wie en Waarom

LITURGIE &CETERA Thema's
 Kerkelijk Jaar
Hoofddienst  Getijden Devotie Uitingsvormen 

Liturgie

LITURGIEK
Liturgiek TVG

Liturgiegeschiedenis

Joods

Vroeg Christelijk

Oosters Orthodox

Westers Katholiek

Protestants

HYMNOLOGIE

Geschiedenis van de Hymnodie

Oud Joodse Hymnodie
Vroeg Christelijke Hymnodie
Griekse Hymnodie tot 900AD
Latijnse Hymnodie
Lutherse Hymnodie
Calvinistische (Franse) Psalmodie
Nederlandse Gemeentezang
na de Reformatie

Engelse Hymnodie

Muziekgeschiedenis


Kunstgeschiedenis

Prehistorie, Oudheid en Vroege Middeleeuwen
Middeleeuwen
Renaissance
Barok en Rococo
Negentiende Eeuw
Twintigste Eeuw




Gods- en wereldbeeld: Ontwikkelingen in de 19e eeuw
Het indrukwekkende bouwwerk van Newton begon al in het begin van de 19e eeuw scheuren te vertonen toen de natuurkundigen in de warmteleer, die werd ontwikkeld in het kielzog van de industriele ontwikkelingen met de stoommachines (James Watt, 1769) als energiebron, onomkeerbare processen in de warmteleer ontdekten (die eigenlijk niet in het determinisme met zijn omkeerbare tijd passen). De tijd heeft dus wel degelijk een richting, iets wat voor de aanhangers van het determinisme lange tijd nauwelijks aanvaardbaar was. Bovendien leidde het inzicht in de warmteleer (thermodynamica) ook tot het definieren van de entropie (Clausius, 1865), een grootheid die de mate van wanorde in een systeem definieert (Bolzmann, 1884). Hoewel de thermodynamica oorspronkelijk was ontwikkeld in verband met de destijds bekende warmtemachines, blijkt eruit dat er voor veel fysische systemen een neiging is in de richting van orde naar wanorde, als niet van buitenaf het omgekeerde proces wordt bevoordeeld. Uiteindelijk zouden de wetenschappers de twee uitgangspunten (de wetten van Newton en de Thermodynamica) als complementaire uitgangspunten accepteren en zo toch weer het bestaande wereldbeeld herkennen.
Maar we zien en ervaren toch een grote mate van ordening in de schepping, zeker in de levende schepping en in de mens met zijn bewuste denken en zijn gevoelens en zijn neiging tot ordening? Dat klopt dus niet met de ontstane inzichten van toenemende wanorde. Is er dan toch een God die zelf niet aan Zijn eigen wetten gebonden is (wonderen bestaan!) en deze naar believen wijzigt ter wille van de schepping?
De ontwikkelingen in de techniek leidden tot de industriele ontwikkeling in de 19e eeuw, waarbij de arbeiders onbeschaamd werden uitgebuit en onder erbarmelijke omstandigheden moesten leven en werken.
Mede daardoor ontstond grote politieke opschudding, met als gevolg het ontstaan van socialisme en marxisme, waarop het modeme communisme werd gebaseerd (Marx, 1818-1883) en waarbij opstanden ontstonden, die vaak bloedig werden onderdrukt. Voor velen leidde de vraag "hoe kan God dit alles goedvinden" tot herontdekking van het Godsbegrip van Spinoza. Maar door de doorleefde ellende ontstond ook behoefte aan directe nabijheid van een liefdevolle God, een persoonlijke band met God, en bloeiden binnen de gevestigde kerken opnieuw hervormingsbewegingen op. Ook de samenkomsten in Albury in 1830, waaruit de Apostolische beweging is ontstaan, kwamen voort uit bezorgdheid over disharmonie van de bestaande toestand in de dogmatische kerken met de ellende in de samenleving. Men wilde de kerk hervormen naar het voorbeeld van de eerste Christengemeente en klaar maken voor de Eindtijd.
Halfweg de 19e eeuw formuleerde de Schot James Clark Maxwell zijn beroemde unificatie van elektrische en magnetische velden, gepubliceerd in 1873, gecomprimeerd in een viertal wiskundige vergelijkingen. Daarmee kon hij ook het bestaan van elektromagnetische golven voorspellen. De Duitser H. Hertz toonde als eerste deze golven aan in 1884, en baande daarmee de weg voor de moderne communicatiesystemen, die een geweldige invloed zouden krijgen op de samenleving.
Elektromagnetische golven omvatten een breed frequentiespectrum: naast het zichtbare licht behoren ook radiogolven, infrarode (warmte) straling, ultra violet, Rbntgen straling en straling van nog hogere frequenties ertoe. Maxwell's op ervaring met andere golfverschijnselen (zoals b.v. geluid) gebaseerde intuttie suggereerde hem dat ook de elektromagnetische golven zich in een medium moeten voortplanten. Maxwell stelde voor dit medium "de ether" te noemen, omdat het te ijl is om waargenomen te worden. Overigens moet de ether tevens zeer star zijn om de hoge lichtsnelheid te verklaren. Een vreemd medium dus, maar zijn voorstel werd geaccepteerd door de wetenschappelijke gemeenschap. Einstein zou later in verband hiermee aantonen dat met de menselijke intuttie voorzichtig moet worden omgegaan.
Het wereldbeeld van de kerken was zelfs na aanpassing aan de wetenschappelijke ontwlkkelingen voor velen nog overzichtelijk en overtuigend, .....waarom zouden er toch steeds mensen blijven twijfelen aan die zekerheden? Was dat het verlangen naar "nader mijn God bij U, U naderbij" of bleken bij nader onderzoek niet alle nieuwere ervaringen in overeenstemming te brengen met het bestaande wereldbeeld?

 

MN: Een Zoektocht naar God.