De Affectenleer gaat terug
tot de Griekse Oudheid en stelt dat Affecten
zoals Vreugde, Droefheid of Pijn zich muzikaal laten uitdrukken en dat de muziek
zulke gemoedsbewegingen bij de luisteraar kan oproepen.
De Affectenleer
ist onderdeel van de Muziektheorie van de Barok die de samenhang tussen het Affect
en de mogelijkheden deze muzikaal gestalte te geven verkent. Omdat men ervan uitging
dat taal en muzikale taal nauw verbonden waren zijn de (Musica Poetica) en
de Retorika nauw verbonden. (Voor
affectenleer in de schilderkunst, klik hier)
Herkomst van het woordAffect:
- lat. affectus, Toestand, Staat, Gevoel, Emotie, Begeerte, Aantrekkingskracht,
Liefde
- lat. afficere, affectum: behandelen, in een toestand brengen,
het gemoed opwinden, stemmen
Inhoud1 Geschiedenis 2 Affecten 3 Omwerking voor de muziek 3.1 Motief- en Melodiebouw 4 Opmerkingen 5 Zie ook 6 Literatuur 7 Weblinks |
Geschiedenis
De
wortels van de Affectenleer reiken tot in de griekse oudheid (ethische waardetoekenning aan muziek
door Plato).
Reeds
in de Renaissance en in de vroege
Barok komt in Madrigalen het Affectieve in
de tekst ook door muzikale middelen tot uitdrukking. Deze Stijlmiddelen werden
ook in instrumentale muziek en in het bijzonder in de Oper toegepast.
In
de 17e en 18e eeuw wordt de Affectenleer in de muziektheoretische geschriften
van Michael Praetorius
(Syntagma musicum, 1619), Marin Mersenne (Harmonie
universelle, 1636), Athanasius Kircher
(Musurgia universalis, 1650), Johann Mattheson (Der
vollkommene Kapellmeister, 1739) uitgewerkt. Een systematizering en consolidering
van de Affektenleer werd ondernomen doorFriedrich Wilhelm
Marpurg (1718-1795).
De omzetting van affecten in muziek is in het bijzonder
onderzocht bij Johann Sebastian Bach
(Albert Schweitzer, Bach,
1908. Immanuel
Tröster, Joh. Seb. Bach, 1984)
De Affectenleer werkt ook
na de Barok door, tot aan heden toe. In sommige richtingen der moderne muziek,
zoals bijvoorbeeld de Twaalftoonmuziek is
een bewuste reactie tegen de affectenleer te zien.
De affectenleer gaat
ervan uit dat affecten primaire menselijke reacties zijn. Er is een actuele vertegenwoordiger
van deze benadering: Affect
theory (Wikipedia) (een tak van de psychoanalyse die probeert affecten te
ordenen in categorieën en ze te verbinden met een bijbehorende typische respons).
In
het algemeen wordt genuanceerder en contekstgebondener naar affecten gekeken.
Men gaat er veelal van uit dat affecten reacties na een zeker cognitief proces
zijn (dus niet automatische reacties). Zie: Affect_(psychology)
(Wikipedia)
Affecten
- Plato deelt Affecten in in vier kategorieën: Lust, Leed, Begeerte, Angst
- Aristoteles karakteriseert
elf Affecten, die niets zijn dan mengvormen van Lust (Onlust) en Leed: Begeerte,
Toorn, Angst, Moet, Afgunst,
Vreugde, Liefde, Haat, Verlangen, Jalouzie en
Medelijden.
- René Descartes
(1596-1650), beschrijft in Traité des passions de l'âme (Parijs
1649) zes grondvormen van Affecten, die tot talrijke mengvormen gecombineerd kunnen
worden:
- Vreugde
(joie)
- Haat
(haine)
- Liefde
(amour)
- Droefheid
(tristesse)
- Verlangen (désir)
- Bewondering
(admiration)
Omwerking
voor de muziek
Quintilianus (~35 tot ~100
n.Chr.) beschouwt de vocale muziek op grond van de struktuele overeenstemming
op hetzelfde nivaeu als de retorika. Hij zag analogieën tussen intonatie
en melodie. In de Renaissance begon de belangstelling voor muzikale vormgeving
die de affecten van de tekst ondersteunt.
Daarvoor zijn er twee mogelijkheden:
- In de muzikale affectenleer
worden alle de muzikale middelen die gebruikt worden voor de Affectensoorten geordend.
Deze ordening doet denken aan de beschrijving van natuurlijke verschijnselen.[1].
In de Barok probeerde de Componist niet zijn eigen
gevoel weer te geven maar op ambachtelijke en artistieke manier de gewenste affecten
bij zijn luisteraars op te roepen. De uitvoering speelt hierbij een grote rol[2].
- In de Figurenleer worden de
compositie-technische middelen behandeld waarmee objectieve affecten opgeroepen
kunnen worden. Daarbij moet een tekst niet allen goed muzikaal gedeclameerd worden
(intonatie, stemhefing, stemdaling, lengte, kortheid) maar in de tekst te vinden
affecten moeten ook verduidelijkt of benadrukt worden.
Motief-
en melodiebouw
Motieven en Melodieën worden
overeenkomstig het affectgehalte van de hele tekst of van individuele belangrijke
woorden (sleutelwoorden) vormgegeven. Voorbeelden:
-

Weergave
van het
schrikken door onderbreking
dan de melodielijn (
Apokope) in
het woord 'fürchtet'
- Stijgend Tetrachord als verbeelding
van Treurnis zoals bij een Lamento, waarvan het bekendste
voorbeeld het Lamento d'Arianna van Monteverdi is.
Opmerkungen
- ↑
Volgens de mechanistische opvatting
van Descartes bestaat er een natuurwetsgewijze samenhang tussen muzikale beweging
en gemoedsbeweging.
- ↑
Zie hiervoor Johann Joachim Quantz
(1697-1773), Versuch
einer Anweisung die Flöte traversière zu spielen, XI. Hauptstück
Vom guten Vortrage im Singen und Spielen überhaupt
Zie
ook
Literatuur
- Ulrich Michels: dtv-Atlas zur Musik, Band 2, Historischer Teil: Vom Barock
bis zur Gegenwart, Deutscher Taschenbuchverlag München, 1985, ISBN 3-423-03023-2
- Hans-Heinrich Unger: Die Beziehungen zwischen Musik und Rhetorik im 16.-18.Jahrhundert,
Georg Olms Verlag Hildesheim, Zürich, New York, 2000, ISBN 3-487-05419-1
- Burkhard Meyer-Sickendiek: Affektpoetik. Eine Kulturgeschichte literarischer
Emotionen, Königshausen & Neumann, Würzburg 2005, ISBN 3-8260-3065-6
Weblinks